Het kan in het leven voorkomen dat twee mensen in relatie tot elkaar staan, twee mensen lange tijd met elkaar leven, en dat door de eigenaardige krachten, welke uit het onbekende van het astrale lichaam en het Ik van de ene persoon in het astrale lichaam en het Ik van de andere persoon spelen – deze krachten blijven dus in het verborgene -, dat vanuit deze krachten de ene persoon tegenover de andere een lust tot kwelling heeft, een soort behoefte aan wreedheid.
Het kan nu zijn dat de persoon die een dergelijke lust tot kwelling, een dergelijke onmenselijkheid heeft, helemaal niets vermoedt van deze emoties in astraallichaam en Ik, en dat hij over deze dingen die hij doet uit wreedheid, zich een hele reeks van ideeën opbouwt, welke de handelingen vanuit heel andere redenen verklaren dan uit de drang tot wreedheid.
Zo’n persoon kan iemand vertellen dat hij om deze of gene reden de andere persoon dit of dat heeft aangedaan. Deze redenen kunnen zeer scherpzinnig zijn en toch geven ze niet de waarheid weer. Want de ideeën die we ons in het dagelijkse leven over de motieven van onze eigen daden, ja zelfs onze eigen gevoelens maken, die staan, zoals gezegd, vaak in ver, ver verwijderde samenhang met wat werkelijk in ons innerlijk leeft en weeft.
Bron: Rudolf Steiner – GA 161 – Wege der geistigen Erkenntnis und der Erneuerung
künstlerischer Weltanschauung – Dornach, 5 februari 1915 (bladzijde 85)
Precies hetzelfde geldt voor gevoelens van liefde of van de wil iets te betekenen voor iemand.
Dan geloof ik dat de kunst om jezelf te zijn en dus dichterbij je ware gevoelens behoeftes, om bij die ware werkelijke samenhang te komen een hele grote noodzaak is.