In het algemeen blijkt dat met het optreden van een gebrek een aanleg ontstaat tot een spirituele beleving van de wereld

Het lijkt mij belangrijk dat degene die met gehandicapten te maken heeft, om te beginnen bewust de juiste innerlijke houding weet te vinden. Ik heb altijd gemerkt dat ik dadelijk het vertrouwen had van een op enigerlei wijze gehandicapt of invalide mens, als ik mijn oogmerk richtte op het feit dat alleen het fysieke lichaam een gebrek vertoont, maar dat de geestelijke vorm die aan het fysieke lichaam ten grondslag ligt volledig intact is. Voor mij is deze geestelijke vorm een realiteit, geesteswetenschappelijk zo aantoonbaar als voor een chemicus het element waterstof in water. De gehandicapte mens heeft er een fijn gevoel voor, of men tegenover hem zijn fysieke gebreken of zijn lichamelijke-fysieke totaliteit in het bewustzijn heeft. Zijn gevoel reageert subtiel op het gedachtenbeeld dat degene die tegenover hem staat van hem heeft.

In het algemeen blijkt dat met het optreden van een gebrek een aanleg ontstaat tot een spirituele beleving van de wereld. Zeker: dat kan onopgemerkt blijven voor de omgeving van de gehandicapte; het kan door zijn – aan de invaliditeit voorafgaande – opvoeding of levensomstandigheden overstemd worden; maar het is er. Meer dan welke andere menselijke vermogens ook leggen gebreken en invaliditeit de grondslag voor een spirituele wijze van ervaren.

Wat de gehandicapte zo vaak mist, een openheid van zijn omgeving, vindt zijn oorzaak in de onvolkomenheid van het menselijk hart, dat zich wel kan ‘invoelen’ in menselijke ervaringen die het zelf kent of herkent, maar niet in ervaringen die heel anders zijn. Men kan in geestelijk opzicht nauwelijks iets voor een mens betekenen, wanneer men zich niet in zijn innerlijke toestand kan verplaatsen. Toch helpt bij dit zich verplaatsen geen reflectie, maar alleen het zich als vanzelfsprekend kunnen vinden in de andere mens.

Bron: Brief (gedeelten, niet geheel overgenomen) van Rudolf Steiner aan Willy Schlüter – GA 39 – brief 630 – Berlijn, 12 juli 1915 (bladzijde 461- 465)

Nederlands: Rudolf Steiner – Brieven (bladzijde 309-313) Vertaling Hylcke Brandts Buys en Leonard Beuger

170px-Steiner_als_Student

Eerder geplaatst op 18 maart 2019  (7 reacties)