En zo kan men wel van alles verbieden…

En zo kan men wel van alles verbieden, maar de mensen komen dan op allerlei andere dingen, wat in de regel niet beter is, maar nog erger. En daarom geloof ik dat uitleg hoe de alcohol werkt, op de manier zoals we het vandaag bijvoorbeeld beschreven hebben, werkelijk veel meer kan bijdragen, dat juist opheldering de mensen er langzamerhand toe brengt de alcohol te laten staan. Dat beïnvloedt niet de menselijke vrijheid, maar dat brengt de mensen er tegelijk toe om te zeggen: ‘Dat is toch angstwekkend! (Duits: unheimlich) Tot in de beenderen word ik geruïneerd!’ Dat werkt dan als gevoel, terwijl wetten alleen op het verstand werken. De juiste waarheden, de juiste inzichten, dat zijn die welke tot in het gevoel werken. Daarom is mijn overtuiging: Tot een effectieve sociale hervorming – want op andere gebieden is het overeenkomstig, bijna net zo als hier – komen we toch alleen als we in de breedste kringen voor een werkelijke voorlichting zorgen.

Bron: Rudolf Steiner – GA 348 – Über Gesundheit und Krankheit – Dornach, 8 januari 1923 (bladzijde 226)

Eerder geplaatst op 9 april 2017

Zonder kennis van de mens zal er nooit een sociale samenleving komen (1 van 2)

Als u bestudeert wat in mijn GeheimWissenschaft im Umriß staat, dan moet u bepaalde begrippen ontwikkelen, waarvan de meeste mensen nog steeds zeggen: Dat is pure dwaasheid. – Ik heb pas een paar dagen geleden weer een brief gekregen, waarin iemand de GeheimWissenschaft doorneemt en van bijna elk hoofdstuk zegt dat het je reinste waanzin is. Men kan het begrijpen dat de mensen zeggen dat het pure waanzin is. Waarom? Het is heel natuurlijk dat de mensen dat tegenwoordig vaak zeggen.

Maar de mensen die zich er niet toe bekwamen om zulke begrippen op te nemen, die zich er dus niet mee bezighouden ideeën te ontwikkelen van een wereld die niet met de zintuigen bevat kan worden, deze mensen verwerven zich ook geen kennis van de mens; deze mensen gaan aan de wereld voorbij, merken hoogstens dat de een min of meer een spitse neus, de ander een meer stompe neus heeft, dat de een blauwe ogen, de ander bruine ogen heeft; maar ze merken niets van wat in het innerlijk van de mens zich manifesteert als ziel en het lichaam organiseert (Duits: durchorganisiert). Dezelfde kracht die ons vaardig maakt om interesse te hebben, ik zeg nu niet: bovenzinnelijke occulte krachten te hebben, maar die ons vaardig maakt om interesse te hebben voor bovenzinnelijke inzichten, die is het die ons kennis van de mens oplevert, zoals we ze tegenwoordig nodig hebben.

U kunt de meest grandioze sociale programma’s opstellen, u kunt de mooiste sociale ideeën ontwikkelen: Als de mensen erbij blijven staan om geen kennis van de mens te ontwikkelen, zodat ze tegenover elkaar staan zonder zich innerlijk te kennen, kunnen ze geen sociale omstandigheden voortbrengen.

Wordt vervolgd

Bron: Rudolf Steiner – GA 191 – Soziales Verständnis aus geisteswissenschaftlicher Erkenntnis – Dornach, 4 oktober 1919 (bladzijde 45)

En zo kan men wel van alles verbieden…

En zo kan men wel van alles verbieden, maar de mensen komen dan op allerlei andere dingen, wat in de regel niet beter is, maar nog erger. En daarom geloof ik dat uitleg hoe de alcohol werkt, op de manier zoals we het vandaag bijvoorbeeld geschilderd hebben, werkelijk veel meer kan bijdragen, dat juist opheldering de mensen er langzamerhand toe brengt de alcohol te laten staan. Dat beïnvloedt niet de menselijke vrijheid, maar dat brengt de mensen er tegelijk toe om te zeggen: ‘Dat is toch angstwekkend! (Duits: unheimlich) Tot in de beenderen word ik geruïneerd!’ Dat werkt dan als gevoel, terwijl wetten alleen op het verstand werken. De juiste waarheden, de juiste inzichten, dat zijn die welke tot in het gevoel werken. Daarom is mijn overtuiging: Tot een effectieve sociale hervorming – want op andere gebieden is het overeenkomstig, bijna net zo als hier – komen we toch alleen als we in de breedste kringen voor een werkelijke voorlichting zorgen.

Bron: Rudolf Steiner – GA 348 – Über Gesundheit und Krankheit – Dornach 8 januari 1923 (bladzijde 226)

Sociale hervormingen mislukken als de mensen zichzelf niet hervormen

Wie in de geestelijke wereld waarneemt, ziet de samenhangen die aan het aardse leven ten grondslag liggen. Hij ziet de mensen, hoe ze samenleven: in diepste ellende de ene, arm en terneergedrukt door arbeid en ontberingen, de andere zwelgend in overvloed, van dit of dat genietend. Men kan zich gemakkelijk voorstellen hoe dat zou zijn te veranderen, als men enkel op het fysieke plan blijft. Dat doen de meesten, die zich tegenwoordig geroepen voelen tot sociaal hervormen. Zij bevinden zich niet in dezelfde toestand als een met succes geopereerde blindgeborene, die plotseling de wereld om hem heen in kleuren ziet, want anders zouden zij achter al het materieel zichtbare de menigvuldigste, verschillende wezens zien. Als zij hun goedbedoelde hervormingsplannen proberen te verwezenlijken, maar daarbij de geestelijke wezens buiten beschouwing laten, dan zal het binnen vijftig jaar nog veel erger zijn dan het ooit tevoren is geweest. Alle hedendaagse sociale idealen zouden in groteske tegenspraak zijn met de zielenwereld, als niet deze zielen, dat wil zeggen de menselijke hartstochten, begeerten en wensen tegelijk een verandering ondergaan.

Bron: Rudolf Steiner – GA 96 – Ursprungsimpulse der Geisteswissenschaft – Berlijn 1 0ktober 1906 (bladzijde 83)

Wang Anshi, de Lenin van het oude China – Ook toen liep het al op een fiasco uit

Wat men tegenwoordig vaak als sociale maatschappijvormen beschrijft, is eigenlijk alleen de buitenkant. Dat het dat is, kan men zeer duidelijk maken aan zo’n voorbeeld als het volgende. Wij kunnen in de huidige tijd alleen met ontzetting kijken naar wat zich in het Oosten van Europa als een sociale maatschappij wil laten gelden. Maar als men kijkt naar wat tegenwoordig in het Europese Oosten gebeurt, moet men zich herinneren wat ongeveer acht eeuwen geleden in Azië, in China, gebeurd is. Als men dan beschrijft hoe deze acht eeuwen geleden in China met een zekere onverwachtheid een staatsinrichting werd gezocht en ook in zeer hoge mate werd ontwikkeld – door de hervormbeweging van Wang An Shi (1021-1086) -, die erop gericht was alle aangelegenheden, ook die van economische aard, in alle details van staatswege te regelen, als men beschrijft, dat er in deze tijd in China overheidsinstanties waren, die de prijs van week tot week vaststelden, dat er overheidsinstanties waren die de manier aangaven hoe hier en hoe daar de grond moest worden bebouwd, dat er overheidsinstanties waren welke het zaaigoed voor het land aan de boerenbevolking toewezen, dat in deze tijd in China getracht werd de mensen die bijzonder rijk waren, in hoge mate te belasten, zodat hun vermogen langzamerhand in de gemeenschap overging, als men zich dat alles herinnert, dan kan men zeggen: Wat in onze tijd door bepaalde kringen als een sociale hervorming in Oost-Europa gezocht word, dat was 800 jaar geleden in hoge graad in 30 jaar verwerkelijkt, tot de betreffende socialistische regering gevallen was en hun aanhangers uit China verdreven werden. Dertig jaar lang heeft daar een maatschappijvorm geduurd, waarvan men kan zeggen: Als men deze beschrijft en daarbij helemaal niet zou zeggen, dat het betrekking heeft op China, dan zou men kunnen denken, dat het betrekking heeft op het huidige Rusland.

Bron: Rudolf Steiner – GA 83 – Westliche und östliche Weltgegensätzlichkeit – Wenen 8 juni 1922 (bladzijde 207-208)