We moeten leren aandacht te schenken aan de symptomen van het geestelijk leven. Een voorbeeld zal hier worden gegeven. Toen ik eens een lezing gaf in een Zuid-Duitse stad, kwamen er daarna twee katholieke priesters naar me toe en zeiden: U spreekt alleen voor de geschoolden, maar wij spreken voor alle mensen.
In werkelijkheid is het tegenovergestelde het geval. Men kan met antroposofie alle mensen bereiken als men alleen maar de weg vindt naar de eenvoudige, ongeletterde mensen. Een boer zou het veel beter begrijpen dan de zogenaamde ontwikkelde mens, als de weg maar niet werd belemmerd door de sociale omstandigheden.
Men moet bij zulke dingen helemaal van zichzelf af kunnen zien, niet vragen wat men zelf voor het juiste houdt, maar wat de menselijke zielen in een bepaalde tijd verlangen. Daarom moest ik de priesters antwoorden: Uw gevoel zegt u dat u namens iedereen spreekt, maar de feiten laten zien dat u niet voor iedereen spreekt, omdat niet iedereen naar u toe komt. En voor degenen die niet naar u toe komen, voor die spreek ik.
Bron: Rudolf Steiner – GA 154 – Wie erwirbt man sich Verständnis für die geistige Welt? – Praag, 17 april 1914 (blz. 130-131)