De menselijke vermogens ontwikkelen zich zo dat het ene altijd op kosten van het andere gekocht moet worden

De zin van de mensheidsontwikkeling bestaat erin dat van tijdperk tot tijdperk de vaardigheid van de mensen om waar te nemen in de geestelijke wereld steeds minder en minder werd, omdat de menselijke vermogens zich zo ontwikkelen dat het ene altijd op kosten van het andere gekocht moet worden. Ons hedendaagse exacte denken, ons voorstellingsvermogen, onze logica, alles wat wij als de belangrijkste drijfveren van onze cultuur beschouwen, was er in vroegere tijdperken niet. Dat moest de mens in het tijdperk, dat ook het onze is, ten koste van de oude helderziende bewustzijnstoestand veroveren. Dat heeft de mens in de huidige tijd te ontwikkelen. En in de toekomstige mensheidsontwikkeling zal dan bij het zuiver fysieke bewustzijn met de intellectualiteit en de logica weer de oude helderziendheid komen. Een afdaling en een opstijging zijn dus op het gebied van het menselijke bewustzijn te onderscheiden.

Bron: Rudolf Steiner – GA 60 – Antworten der Geisteswissenschaft auf die großen Fragen des Daseins – Berlijn 19 januari 1911 (bladzijde 256-257)

Eerder geplaatst op 27 januari 2012.