Het fysieke is een gevolg van het voorafgaande geestelijke, en mensen hebben het onder bepaalde omstandigheden door kennis van de verbanden in de hand om het fysieke met zijn geestelijke oorsprong te verbinden. Wie bijvoorbeeld weet hoe een bepaalde ziekte verbonden is met bepaalde gewaarwordingen en gevoelens, weet dat hij door die gevoelens op te roepen ook de ziekte kan oproepen. De zwarte magiër kan deze kennis gebruiken om de menigte te vernietigen. Daarom kunnen de diepere esoterische waarheden niet zonder meer aan iedereen worden onderwezen, omdat ze onmiddellijk een scherpe verdeling in goed en kwaad zouden oproepen. Dit is het gevaarlijke van het verspreiden van de geesteswetenschap. Want men kan niemand leren gezond te maken zonder tegelijkertijd te leren ziek te maken.
Bron: Rudolf Steiner – GA 93a – Grundelemente der Esoterik – Berlijn, 3 november 1905 (blz. 236)
Tekening door Marcin Rutkowski