Gevoelens hangen veel nauwer met de werkelijke essentie van de mens samen dan gedachten

Ons gedachteleven gaat niet verder in onze dromen. [….] Dit gebeurt alleen wanneer onze ideeën verbonden zijn met heftige gevoelens (Duits: Gemütsbewegungen). Het zijn de gevoelens die in de droombeelden verschijnen. [….] Er verschijnt niets in de droom dat niet verbonden is met emoties.

[…] Dat komt doordat de gevoelens veel nauwer met de werkelijke essentie van de mens samenhangen dan het gedachteleven. We dragen de gevoelens ook over in de slaap. De gevoelens zijn dus een deel van de ziel dat ook tijdens de slaap met ons verbonden blijft. In tegenstelling tot gewoonlijke ideeën gaan de gevoelens met ons mee in de slaap. Daarom zijn gevoelens veel nauwer, veel intenser verbonden met de menselijke individualiteit dan het gewone denken, dat niet doordrongen is van gevoelens.

Bron: Rudolf Steiner – GA 130 -Das  esoterische  Christentum und  die geistige  Führung  der  Menschheit – Leipzig, 4 november 1911 (blz. 108-109)

Rudolf-Steiner+Das-esoterische-Christentum-und-die-geistige-Führung-der-Menschheit-23-Einzelvorträge

Alle leven hier op aarde verhoudt zich tot het leven na de dood als droom tot werkelijkheid

Het bewustzijn dat de mens bij al deze beschreven ervaringen na de dood heeft, is veel helderder en wakkerder dan we het op aarde in het normale leven hebben. Het is buitengewoon belangrijk dat we duidelijk weten: bij het dromen is het bewustzijn dof, als we wakker zijn is het helder, het bewustzijn na de dood is nog helderder en wel zo helder dat alle leven hier op aarde zich verhoudt tot het leven na de dood als droom tot werkelijkheid. Maar bij het bereiken van elke nieuwe etappe wordt het bewustzijn nog wakkerder, nog klaarder.

Bron: Rudolf Steiner – GA 231 – Der übersinnliche Mensch anthroposophisch erfaßt – Den Haag, 17 november 1923 ‘s avonds (bladzijde 130)

Vertaling door M. Macintosh, overgenomen uit Rudolf Steiner – Tussen dood en nieuwe geboorte – 1979 Uitgeverij Vrij Geestesleven Zeist (bladzijde 128)

Eerder geplaatst op 27 oktober 2017  (7 reacties)

504x840

Verborgen geestelijke oorzaken (1 van 2)

Alles wat slechts over het bovenzinnelijke wordt gedroomd en gefantaseerd, sticht alleen maar verwarring. want het is niet in staat de  tegenstanders te bevredigen. Deze hebben immers gelijk, wanneer zij zeggen, dat een dergelijk verwijzen naar bovenzinnelijke wezens in algemene zin voor het begrip van de feiten op geen enkele wijze bevorderlijk is. Zeker, zulke tegenstanders zouden ook tegen de uitdrukkelijke mededelingen van de geesteswetenschap hetzelfde kunnen aanvoeren. Maar dan kan er op worden gewezen, hoe zich in het uiterlijk waarneembare leven de gevolgen van verborgen geestelijke oorzaken tonen. 

Men kan zeggen: neem eens aan, dat het juist is, wat het geestelijk onderzoek door middel van waarneming zegt met zekerheid te hebben gevonden, nl. dat de mens na zijn dood een louteringstijd heeft doorgemaakt en dat hij in die tijd in zijn ziel heeft beleefd, welke belemmering voor zijn verdere ontwikkeling wordt gevormd door een bepaalde daad, die hij in een voorgaand leven heeft volbracht. Terwijl hij dit beleefde, ontstond in hem de aandrift, de gevolgen van deze daad goed te maken. Deze aandrift brengt hij in een volgend leven mee. de aanwezigheid van deze aandrift vormt die trek in zijn wezen, die hem een plaats bezorgt, waar dit goed-maken mogelijk is. Als men op een totaal van dergelijke aandriften let, heeft men een oorzaak voor de omgeving, waarin een mens overeenkomstig zijn lot geboren wordt.

Wordt vervolgd

Bron: Rudolf Steiner – GA 13 – DIE GEHEIMWISSENSCHAFT IM UMRISS: – Schlaf und Tod (bladzijde 127-128)

Deze vertaling is van F. Wilmar

a4653a78f6a700602e4d09a821516f29

Over radijs, aardappelen en denken

Als men een stimulans voor het denken nodig heeft, dan moet men vooral de hartige prikkeling van bijvoorbeeld radijs gebruiken. Als iemand niet erg levendig in het hoofd is, dan doet het hem goed, omdat de gedachten een beetje in beweging gebracht worden als hij radijs aan zijn eten toevoegt. Men kan zeggen: radijsjes stimuleren het denken. – En men hoeft zelf geheel niet erg actief te zijn in het denken; de gedachten komen als men radijs eet, zulke sterke gedachten dat ze zelfs nog krachtige dromen geven.

Wie veel aardappelen eet, krijgt niet sterke gedachten, daarentegen komen er dromen, die hem zwaar maken. En degene die voortdurend aardappelen moet eten, die zal eigenlijk constant moe zijn en voortdurend willen slapen en dromen. Daarom heeft het een groot cultuurhistorisch belang en historische betekenis wat voor voedingsmiddelen de mensen eigenlijk krijgen.

Bron: Rudolf Steiner – GA 350 – Wie kommt man zum Schauen der geistigen Welt? – Dornach, 18 juli 1923 (bladzijde 210-211)

160714_2001811

Eerder geplaatst op 19 mei 2017  (3 reacties)

Zonder het materialisme zou de mens niet vrij geworden zijn

De mensen hadden in oudere tijden van hun ontwikkeling niet alleen de beide toestanden die ze nu hebben, waken en slapen en daar tussenin een chaotisch dromen, maar ze hadden een de werkelijkheid bemiddelende derde toestand die niet alleen een dromen was, maar een gewaarworden in beelden, hoewel het bewustzijn dof (Duits: herabgedämpft) was; een waarnemen in beelden, maar in beelden die overeenkwamen met een geestelijke werkelijkheid.

Voor de ontwikkeling van het volle menselijke aarde-bewustzijn moest, zoals we weten, deze soort van waarneming van de wereld bij de mens terugtreden. De mens zou niet vrij geworden zijn, als deze toestand gebleven zou zijn. De mens zou niet vrij geworden zijn, als hij niet zou zijn blootgesteld aan alle gevaren en aanvechtingen en verleidingen van het materialisme. Maar de mens moet ook weer de weg terugvinden naar de spirituele wereld, die hij bij het volle aardse bewustzijn moet bemachtigen.

Bron: Rudolf Steiner – GA 175 – Bausteine zu einer Erkenntnis des Mysteriums von Golgatha – Berlijn, 13 februari 1917 (bladzijde 37-38)

RSLT3-1500-x-2103-WEB

Eerder geplaatst op 19 april 2017  (2 reacties)