Zal er nog meer verdeeldheid komen in de menselijke evolutie?

Ja, en dat is wat in de theosofie/antroposofie het door de crisis heengaan genoemd wordt. We zijn nu in het vijfde na-Atlantische tijdperk (1413-3573) tijdperk. Het zesde tijdperk (3573-5733) zal een heel ander geslacht laten zien, edel en mooi in tegenstelling tot de afgesplitste decadentie, die zal bestaan ​​uit een geslacht van afschuwelijk lelijke, dierlijke, sensuele, wrede mensen, veel weerzinwekkender dan mogelijk is in de huidige mensheid , omdat deze zich nog meer omlaag ontwikkelen.

En hoe de verdeling zal plaatsvinden, dat vindt u heel duidelijk in de Apocalyps, in het zogenaamde “Laatste Oordeel”. Degene die geheel onzelfzuchtig is, die kan nu al voor de zesde periode rijp worden. Hij kan nog steeds opnieuw belichaamd worden, maar dan alleen om anderen te helpen. Sommigen vinden het gerecht misschien hard klinken, maar ze hebben immers de keuze. 

Bron: Rudolf Steiner – GA 97 – Das christliche Mysterium: Tierseele und menschliche Individualität – Leipzig, 16 maart 1907 (blz. 315-316)

Zonder spirituele leringen vervalt de mensheid in decadentie

Hier op aarde is antroposofie om zo te zeggen een soort theorie en het ontgaat de mensen voor het bewustzijn in waaktoestand wat spiritueel actief is, wat echter objectief aanwezig is. Na de dood is de mens rechtstreeks waarnemer hoe de krachten, die hij met de spirituele leringen tijdens het leven op aarde opneemt, feitelijk organiserend werken, activerend, krachtgevend werken op datgene in zijn wezen dat daarna er zijn kan, wanneer hij zich weer op een nieuwe incarnatie voorbereidt.

Zo worden de spirituele leringen in de mensheidsevolutie opgenomen. Als echter deze spirituele onderrichtingen niet opgenomen zouden worden – tegenwoordig is het nog voldoende, als weinigen het opnemen, maar meer en meer mensen moeten het in de toekomst opnemen -, dan zouden langzamerhand de mensen, als ze weer naar een aarde-incarnatie terugkeren, niet genoeg levengevende krachten hebben, die ze dan nodig hebben. Er zou decadentie, een verkommering in de latere incarnatie optreden. De mensen zouden snel verwelken, vroeg rimpels krijgen en zo meer. Een decadentie, een wegkwijnen van de fysieke mensheid zou optreden, als de spirituele krachten niet zouden worden opgenomen.

Bron: Rudolf Steiner – GA 141 – Das Leben zwischen dem Tode und der neuen Geburt im Verhältnis zu den kosmischen Tatsachen – Berlijn, 10 december 1912 (bladzijde 89-90)

Eerder geplaatst op 7 februari 2018  (14 reacties)

30830654435

Alles leidt naar decadentie, naar barbarij, naar de ondergang van de beschaving

Het moet steeds meer en meer benadrukt worden: dat het zeer noodzakelijk is om vandaag de dag de dingen zeer ernstig te nemen! De mensen vinden het ongemakkelijk, dit ernstig nemen. Ze willen steeds maar weer geloven dat het wel in de oude sleur verder zal gaan. Nee, het zal niet in de oude sleur verder gaan!

Als er zo verder geleefd wordt, zoals geleefd wordt zonder de aansporingen die uit de geestelijke wereld komen, dan kan verder industrie bedreven worden, er kunnen banken zijn, er kunnen universiteiten zijn, waar alle mogelijke wetenschappen geleerd worden, er kunnen andere beroepen verder uitgeoefend worden – alles leidt naar decadentie, naar barbarij, naar de ondergang van de beschaving.

Wie niet rechtstreeks dat in het leven wil brengen, wat uit de geesteswetenschap kan komen, die wil in feite niet de vooruitgang, maar de achteruitgang. En het merendeel van de mensen wil vandaag de dag de neergang en maakt zichzelf wijs dat uit de neergang nog een opgang zou kunnen komen. 

Bron: Rudolf Steiner – GA 202 – Die Brücke zwischen der Weltgeistigkeit und dem Physischen des Menschen/Die Suche nach der neuen Isis, der göttlichen Sophia – Dornach, 26 december 1920 (bladzijde 275-276)

Eerder geplaatst op 13 januari 2017  (4 reacties)

Er zijn tegenwoordig veel mensen, die zeggen: ‘Ach, het gepraat over het geestelijke – verouderde onzin!’

Wat een menselijk samenleven grondvest, wat alle beroepen samenvoegen kan, dat is het leven in de geesteswetenschappelijke levensbeschouwing. Tot ontbinding (Duits: Auflösung) van alle mensheidsbanden zou de puur uiterlijke vooruitgang in de beroepsontwikkeling voeren. Het zou ertoe leiden dat de mensen elkaar steeds minder en minder zouden begrijpen, steeds minder en minder verhoudingen zouden ontwikkelen in overeenstemming met de voorwaarden van de menselijke natuur. 

De mensen zouden meer en meer aan elkaar voorbijgaan, zouden niets anders meer kunnen zoeken dan hun voordeel, zouden in geen andere relaties tot elkaar komen dan in de relatie van de concurrentie. Dat mag niet het geval zijn, omdat anders het mensengeslacht in totale decadentie zou vervallen. Opdat dit niet zal gebeuren, daartoe moet de spirituele wetenschap zich verspreiden. 

En er is een mogelijkheid om datgene, wat tegenwoordig velen, hoewel ze het ook ontkennen, onbewust nastreven op de juiste wijze te kenschetsen. U weet, er zijn vandaag de dag veel mensen, die zeggen: ‘Ach, het gepraat over het geestelijke – verouderde nonsens! Wij ontwikkelen de zuiver fysieke wetenschappen, op alle gebieden. Dat is enkel de vooruitgang van de mensheid, dat zal de mensheid werkelijk vooruit brengen. En als de mensen er eens bovenuit gegroeid zullen zijn om van deze oude kletskoek van geestelijke dingen te spreken, dan zal het zogezegd het paradijs op aarde zijn.’- Maar niet het paradijs zou daardoor op aarde komen, maar de hel zou komen, als niets anders het mensengeslacht zou beheersen dan concurrentie, winstbejag (Duits: Erwerbssucht).

Bron: Rudolf Steiner – GA 172 – Das Karma des Berufes des Menschen in Anknüpfung an Goethes Leben – Dornach, 12 november 1916 (bladzijde 93-94)

Eerder geplaatst op 29 oktober 2016 (2 reacties)

Decadentie

Antroposofie is er niet om louter aan onze nieuwsgierigheid te voldoen. Niet omdat wij met betrekking tot de bovenzinnelijke wereld alleen nieuwsgieriger zijn dan andere mensen, zitten wij hier samen, maar omdat wij in meerdere of mindere mate vermoeden, dat de mensen in de toekomst geheel niet zullen kunnen leven zonder de spirituele wetenschap. Alle andere aspiraties (Duits: Bestrebungen), die geen rekening houden met dit feit, gaan de decadentie tegemoet.

Bron: Rudolf Steiner – GA 143 – Erfahrungen des Übersinnlichen/Die drei Wege der Seele zu Christus – Zürich, 3 februari 1912 (bladzijde 75)

Eerder geplaatst op 25 oktober 2014