Misvatting

Lucifer en Ahriman zijn het meest schadelijk als ze niet gezien worden, als ze onzichtbaar blijven. Laten we aannemen dat iemand door ahrimanische krachten wordt gekweld. Wat zou daar het beste tegen zijn? Het beste zou zijn als hij een of ander soort afbeelding van Ahriman kon vormen en dat in de kamer zette. Tegen datgene waardoor men astraal gekweld wordt, is het beste middel het fysiek voor zich plaatsen. 

Het is een misvatting als men gelooft dat, wanneer men Ahriman voor zich ziet, men ook door Ahriman vervolgd zal worden. Het tegendeel is het geval. Men moet zulke dingen zichtbaar maken. Men mag daarbij echter niet nerveus worden, het mag niet zo zijn dat als men langs de Ahrimanafbeelding loopt en er onbewust naar kijkt, men een nabeeld in zich draagt. Want dan heeft men het onzichtbaar in zich, zodat men nerveus of opgewonden wordt.

Bron: Rudolf Steiner – GA 275 – Kunst im Lichte der Mysterienweisheit – Dornach, 30 december 1914 (bladzijde 67-68)

Eerder geplaatst op 13 september 2017  (11 reacties)

Rudolf-Steiner+Kunst-im-Lichte-der-Mysterienweisheit-8-Vorträge-gehalten-in-Dornach-vom-28-Dezember

PS Eerlijk gezegd moet ik er niet aan denken om een afbeelding van die kop van Ahriman in mijn huis aan de muur te hangen. 

Geesten van ziekte en dood

Als we met het zienersoog kunnen kijken naar de zielen in hun werkzaamheid tussen dood en nieuwe geboorte, dan zien we – dat is weer iets schokkends voor de ziener – vele zielen die een bepaalde tijd tussen dood en nieuwe geboorte veroordeeld zijn om slaven te worden van de geesten die ziekte en dood brengen in het fysieke leven. Dan zien we dus zielen tussen dood en geboorte, die in het slavenjuk gevangen (Duits: gespannt) zijn van wat wij ahrimanische geesten of geesten der hindernissen noemen, dus degenen die op aarde de dood teweegbrengen en die belemmeringen in het leven brengen.

Dat is een hard lot wat de ziener waarneemt bij sommige zielen als ze zich moeten buigen voor het juk van de slavernij. Als men zulke zielen dan terugvolgt tot in het leven dat ze geleid hebben voordat ze door de poort van de dood gegaan zijn, dan vindt men dat de zielen die een bepaalde tijd na de dood de geesten van de weerstand moeten dienen, zich dat door de in het leven ontwikkelde gemakzucht bereid hebben. De slaven van de geesten van ziekte en dood hebben zich dat bereid doordat ze gewetenloosheid voor de dood ontwikkeld hebben. Daar zien we dus een bepaalde relatie van mensenzielen tot de kwade geesten van ziekte en dood, de boze geesten van de weerstanden.

Bron: Rudolf Steiner – GA 140 – Okkulte Untersuchungen über das Leben zwischen Tod und neuer Geburt – Stuttgart, 20 februari 2013 (bladzijde 215-216)

Eerder geplaats op 9 januari 2018  (3 reacties)

Ahriman

In het aardse leven leidt de macht van Ahriman ertoe, het zintuiglijk-fysieke bestaan voor het enige aan te zien, en zich daardoor elk uitzicht op een geestelijke wereld te benemen. In de geestelijke wereld brengt deze macht de mens tot volkomen vereenzaming, tot het richten van alle belangstelling op zichzelf. Mensen, die bij de dood in Ahriman’s macht zijn, worden als egoïsten wedergeboren.

Bron: Rudolf Steiner – GA 13 – DIE GEHEIMWISSENSCHAFT IM UMRISS – Die Weltentwickelung und der Mensch (bladzijde 287)

Deze vertaling is van F. Wilmar

Ahriman (Wikipedia)

Binnen het Zoroastrisme is Ahriman of Angra Mainyu de god van het duister en kwaad. Hij is de aartsvijand van Ahoera Mazda. Ahriman zond dood en ziekten naar de mensen om hen in ellende te storten en zo het aards paradijs dat Ahoera Mazda had geschapen te bederven.

In de antroposofie van Rudolf Steiner is Ahriman een gevallen aartsengel. Zijn werkzaamheid is tegengesteld aan die van Lucifer. Tegenover de illusiescheppende Lucifer staat hij juist voor het naar beneden halen van het menselijke. Hij wordt ook wel als de inspirator van het materialisme beschouwd. Zijn streven is het de mens te kluisteren aan de aarde, de materie, als het enige wat zou existeren.

Eerder geplaatst op 19 december 2017  (4 reacties)

rudolf-steiner-ahriman-komt

De incarnatie van Ahriman (3 van 3)

Een andere van deze verleidingskrachten van Ahriman – hij werkt, zou ik willen zeggen, samen in overeenstemming met de Luciferkrachten – houdt voor zijn incarnatie natuurlijk verband met het streven om de al zeer wijdverbreide stemming onder de mensen zoveel mogelijk te behouden, namelijk dat het voor het openbare leven voldoende is als ervoor gezorgd wordt dat de mensen economisch tevreden gesteld zijn. Hier raken we een punt dat de moderne mens vaak niet graag toegeeft.

Ziet u, de huidige officiële wetenschap biedt eigenlijk helemaal niets meer voor een echte kennis van geest en ziel; want de methoden die in de hedendaagse bekende wetenschappen worden gebruikt, zijn alleen geschikt om de uiterlijke natuur te begrijpen, en ook om van de mens alleen de uiterlijke natuur te bevatten.

Zie alleen maar eens hoe minachtend een gemiddelde burger van deze tijd kijkt naar alles wat hem als idealisme voorkomt, naar alles wat hem op een of andere wijze een weg naar het geestelijke lijkt. In principe vraagt ​​hij altijd: Ja, wat levert dat op? Wat voor materiële zaken brengt het op? Hij laat zijn zonen scholen op het gymnasium, misschien heeft hij zelf een opleiding genoten op het gymnasium of bij een andere instelling, hij laat ze opleiden aan een universiteit of een andere hogeschool. Maar dit alles wordt eigenlijk alleen gedaan om de basis te leggen voor een beroep, met andere woorden, om de materiële middelen van bestaan te verschaffen.

Bron: Rudolf Steiner – GA 191 – Soziales  Verständnis aus geisteswissenschaftlicher  Erkenntnis – Dornach, 1 november 1919 (blz. 200-201)

51i0iFJL5ZL._SX317_BO1,204,203,200_

De incarnatie van Ahriman (2 van 3)

Het zou ongetwijfeld het meest in het voordeel voor Ahriman zijn als hij erin slaagde ervoor te zorgen dat verreweg het grootste aantal mensen geen idee zou hebben van wat eigenlijk tot het meest gunstige voor hun bestaan zou kunnen leiden; als verreweg het grootste aantal mensen zo leeft dat deze voorbereidingen voor de incarnatie van Ahriman worden beschouwd als iets progressiefs en goeds voor de menselijke evolutie.

Als Ahriman In zekere zin een slapende mensheid zou kunnen binnensluipen, dan zou dit voor hem zeer aangenaam zijn. Daarom moeten dergelijke gebeurtenissen waarin Ahriman werkt voor zijn toekomstige incarnatie opgemerkt worden.

Eén van die feiten in de ontwikkeling waarin de impuls van Ahriman duidelijk kan worden gemerkt, is de verspreiding van het geloof onder de mensheid dat door de mechanisch-wiskundige conceptie van het universum, zoals van Galileo, Copernicus enzovoort, werkelijk zou zijn te begrijpen wat zich afspeelt in de kosmos.

Daarom moet het zo strikt worden benadrukt door de antroposofisch georiënteerde geesteswetenschap dat men naar geest en ziel in de kosmos moet zoeken, niet alleen datgene waarnaar het Galileoïsme en het Copernicanisme op zoek zijn als wiskunde, mechanica, alsof de wereld een grote machine zou zijn.

Het zou een verleiding door Ahriman zijn als de mensen hierbij zouden blijven staan; met het berekenen van alleen de omlooptijd van de sterren, en alleen astrofysica bestuderen om achter de materiële samenstellingen van de hemellichamen te komen, waar mensen tegenwoordig zo trots op zijn.

Maar het zou een slechte zaak zijn als dit galileoïsme, dit copernicanisme niet zou worden gecompenseerd met wat men kan weten over de ziel van de kosmos, over de geest van de kosmos. Dit is wat Ahriman vooral wil vermijden ten gunste van zijn incarnatie op aarde.

Hij wil de mensen als het ware zo sterk in verdoving houden dat ze alleen de wiskundige aspecten van astronomie begrijpen. Daarom verleidt hij veel mensen om hun afkeer van de kennis van de geest en de ziel van het universum te laten gelden. Maar dat is slechts één van de verleidende krachten die Ahriman als het ware in de ziel van mensen giet.

Wordt vervolgd

Bron: Rudolf Steiner – GA 191 – Soziales  Verständnis aus geisteswissen- schaftlicher  Erkenntnis – Dornach, 1 november 1919 (blz. 199-200)

51i0iFJL5ZL._SX317_BO1,204,203,200_