We gaan door vele incarnaties, van de ene incarnatie naar de andere. In elk daarvan leren we meer en allerlei dingen; elke incarnatie geeft veel mogelijkheden om nieuwe ervaringen op te doen. Wij kunnen niet alles met alle details van de ene incarnatie naar de andere overdragen. Wanneer de mens opnieuw geboren is, is het niet nodig om alles wat hij vroeger heeft geleerd, in al zijn details, opnieuw te laten opleven. Maar als de mens in één incarnatie veel heeft geleerd, hoeven, wanneer hij dan sterft en herboren wordt, niet al zijn ideeën weer te herleven, maar hij leeft dan met de vruchten van zijn vroegere leven, met de vruchten van wat hij geleerd heeft. Zijn perceptie, zijn gevoelens komen overeen met de kennis van zijn eerdere incarnaties.
Bron: Rudolf Steiner – GA 98 – Natur- und Geistwesen – ihr Wirken in unserer sichtbaren Welt – Keulen, 25 december 1907 (blz. 65)