Wat wij nu beschouwen zal geheel buiten het kader van de antroposofische beschouwingen vallen. Het hangt er slechts indirect mee samen, het zal een zuiver filosofische beschouwing zijn. De onmiddellijke samenhang ermee is dat dikwijls beweerd wordt dat voor het forum der wetenschap de antroposofische geesteswetenschap geenszins bestaan kan, dat zij eruit zou zien als puur dilettantisme, waarmee een ernstig filosoof zich niet zou mogen inlaten. Er zal nu aangetoond worden dat het dilettantisme niet aan de kant van de antroposofie, maar aan de kant van de filosofie ligt.
De filosofie is tegenwoordig een zeer ongeschikt instrument om tot de antroposofie te komen (Duits: sich emporzuheben). Wij zullen ons vooreerst oriënteren op de filosofie. Wij zullen zien hoe de filosofie zich historisch ontwikkeld heeft. Dan zullen we dit erfelijk euvel (Duits: Erbübel) eens grondig beschouwen. We zullen zien hoe de filosofie tegenwoordig eraan lijdt dat het gehele filosofische denken zich in een spinnenweb gevangen heeft, hoe het daardoor niet in staat is zich een wijdere horizon met betrekking tot de werkelijkheid te verwerven.
Bron: Rudolf Steiner – GA 108 – ÜBER PHILOSOPHIE, München, 20 maart 1908 (bladz. 189)
Men zou nu kunnen concluderen dat filosofie nutteloos en zinloos is, maar dat is een misverstand, zoals blijkt uit het volgende citaat.
Waarom zouden wij ons eigenlijk met filosofie inlaten?
Waarom zouden wij ons eigenlijk met filosofie inlaten, als zij zich toch slechts met een vergeefse moeite der mensheid bezighoudt? Ja, zo is de zaak toch niet, zo is het werkelijk niet! Hetgeen wij doen, als wij ons in deze vanuit een zeker gezichtspunt beslist tevergeefse worsteling verdiepen, is niettemin van oneindige betekenis, iets, dat door niets anders vervangen kan worden. Voor de kennis van de onsterfelijke ziel, voor de kennis van de geestelijke wereld en ook van de goddelijke wezens zal de filosofie zeker altijd onvruchtbaar blijven, maar ze zal niet onvruchtbaar blijven voor de ontwikkeling van zekere menselijke krachten, voor de ontwikkeling van menselijke vermogens.
Bron: Rudolf Steiner – GA 156 – Okkultes Lesen und okkultes Hören – Dornach, 19 december 1914 (bladzijde 155-156)
Eerder geplaatst op 18 december 2015
In de toekomst kan filosofie echter weer opstaan, net als een nieuwe vorm van kosmologie en religie. Zie zijn geschrift:
Antroposofie in drie stappen – Filosofie, kosmologie, religie, denken, voelen, willen
Bovendien hield Steiner hield daar een voordrachtenreeks over.
En wat het tweede Steinercitaat onderaan de bijdrage van vandaag aangaat, is het bijvoorbeeld zeker waardevol om een recent uitgekomen boekwerk van religiewetenschap en journalist Pauline Weseman te lezen: Ziel zoekt zin. Schijnbaar vruchteloze worstelingen bij herbezinning en heroriëntatie kunnen voor een mens en zijn omgeving toch van betekenis zijn, misschien zelfs juist van betekenis zijn. Hoop, wanhoop en puurheid liggen bij een oog van de naald dichtbij elkaar. Veel is in ontwikkeling.
Wat mij betreft het kijken waard, een televisie-uitzending uit de serie Bid, bedank, bewonder:
Pauline Weseman in aanraking met werkelijkheden
‘ Pauline Weseman was jarenlang gelukkig in het evangelisch christendom, waarin ze – achteraf gezien – haar geloof op ieder onderwerp kon ‘rondbreien’. Tot de werkelijkheid erdoorheen brak. ‘
Correctie verschrijving: religiewetenschapper.
Hier een snelkoppeling naar Wesemans laatste boek welke wel werkt: Ziel zoekt zin.