Kennis/Ontwikkeling/Vervolmaking

Alle kennis die u zoekt, alleen tot vermeerdering van uw weten, alleen tot verzamelen van schatten in uzelf, brengt u af van uw weg. Alle kennis echter, die u zoekt om rijper te worden op de weg ter veredeling van de mens en ter ontwikkeling der wereld, brengt u een stap voorwaarts.

Bron: Rudolf Steiner – GA 10 – Wie erlangt man Erkenntnisse der höheren Welten (bladzijde 28)

Overgenomen uit de Nederlandse vertaling van Uitgeverij Vrij Geestesleven – Vierde druk (bladzijde 24)

Eerder geplaatst op 9 december 2011  (7 reacties)

In de vierde herziene druk uit 2007 is dit citaat als volgt vertaald (ingezonden door Michel Gastkemper in een reactie onder de blog van 9 december 2011.)

Ieder inzicht dat je zoekt enkel om je kennis te verrijken, enkel om schatten in je op te hopen, leidt je van je weg af; ieder inzicht echter dat je zoekt om rijper te worden op de weg naar vervolmaking van de mensheid en ontwikkeling van de wereld, brengt je een stap verder.

Eerder geplaatst op 28 oktober 2015  (2 reacties)

530x840

7 gedachtes over “Kennis/Ontwikkeling/Vervolmaking

  1. Bovenstaand Steiner citaat is onderdeel van het slotwoord, de slotalinea van het hoofdstuk De weg van het inzicht. Hieronder die slotalinea.

    Rudolf Steiner:
    Het volgende is een principe van alle geesteswetenschap waarvan niet mag worden afgeweken, wil de scholing enig resultaat hebben. Ieder geestelijk onderricht moet de leerling dit principe inprenten. Het luidt: ieder inzicht dat je zoekt enkel om je kennis te verrijken, enkel om schatten in je op te hopen, leidt je van je weg af; ieder inzicht echter dat je zoekt om rijper te worden op de weg naar vervolmaking van de mensheid en ontwikkeling van de wereld, brengt je een stap verder. Deze wet dient onverbiddelijk in acht te worden genomen. En je bent pas leerling op het innerlijk pad wanneer je deze wet tot richtlijn van je leven hebt gemaakt. Deze waarheid van de geestelijke scholing kan worden samengevat in de korte zin: iedere idee die niet tot ideaal voor je wordt, doodt een kracht in je ziel; iedere idee echter die tot een ideaal wordt, wekt levenskrachten in je op.

    Bij deze slotalinea hoort een hele lange voorlaatste alinea en het is goed om ook die krachtig in gedachten te nemen.

    Rudolf Steiner:
    Nog effectiever wordt alles wat door devotie bereikt kan worden, wanneer er een tweede gevoelsstemming bijkomt. Deze stemming houdt in dat de mens leert zich steeds minder over te geven aan de indrukken van de buitenwereld en in plaats daarvan een actief innerlijk leven te ontwikkelen. Wie de ene uiterlijke indruk na de andere najaagt, wie steeds naar ‘verstrooiing’ zoekt, zal de weg naar de geesteswetenschap niet vinden. Dat betekent niet dat wie een geestelijke scholingsweg gaat, zich moet afsluiten voor de buitenwereld; maar zijn rijk innerlijk leven dient hem de weg te wijzen wanneer hij zich aan de indrukken van die wereld overgeeft. Iemand met een rijk en diep gevoelsleven beleeft andere dingen wanneer hij door een mooi berglandschap wandelt dan iemand die arm is aan gevoel. Wat wij innerlijk beleven geeft ons pas de sleutel tot de schoonheden van de wereld om ons heen. De een vaart op zee en slechts weinig innerlijke belevenissen trekken door zijn ziel; de ander ervaart daarbij het eeuwige spreken van de wereldgeest; hem worden geheime raadsels van de schepping onthuld. We moeten hebben geleerd met onze eigen gevoelens en voorstellingen om te gaan, willen we een betekenisvolle relatie tot de buitenwereld ontwikkelen. De wereld is in al haar verschijningsvormen vervuld van goddelijke heerlijkheid; maar we moeten het goddelijke eerst in onze eigen ziel hebben beleefd voordat we het in onze omgeving kunnen vinden. – Wie naar geestelijke kennis zoekt dient in zijn leven momenten van stilte en afzondering te creëren waarop hij zich naar binnen keert. Maar het zijn niet de aangelegenheden van zijn eigen ik waaraan hij zich op zulke momenten dient over te geven. Dat zou tot het tegendeel leiden van wat de bedoeling is. Hij moet in zulke ogenblikken in alle stilte laten naklinken wat hij beleefd heeft, wat de wereld hem te zeggen had. Iedere bloem, ieder dier, iedere handeling zal hem in zulke stille momenten onvermoede geheimen onthullen. Daardoor wordt hij voorbereid om nieuwe indrukken van buitenaf met heel andere ogen te zien dan voorheen. Iemand die alleen maar indrukken wil opdoen om ervan te genieten, stompt zijn kenvermogen af. Iemand daarentegen die van een indruk geniet en zich daarna iets door die indruk laat openbaren, die voedt en ontwikkelt zijn kenvermogen. Hij moet zich alleen aanwennen het genot niet enkel te laten nawerken, maar juist van verder genot af te zien en het genotene door innerlijke activiteit te verwerken. Een gevaarlijke klip dient hier te worden omzeild. In plaats van innerlijk aan het werk te gaan, kan iemand gemakkelijk in het tegendeel vervallen en het genot naderhand nog eens tot op de bodem willen beleven. We mogen niet onderschatten dat hiervoor degene die naar geestelijke kennis streeft talloze mogelijkheden liggen om uit te glijden. Hij moet immers zijn weg zoeken dwars door een schare verleiders van zijn ziel. Deze willen allemaal zijn ‘ik’ verharden, in zichzelf opsluiten. Hij dient het echter voor de wereld open te stellen. Hij moet het genot wel zoeken; want alleen hierdoor komt de buitenwereld bij hem binnen. Maakt hij zich ongevoelig voor het genot, dan wordt hij als een plant die uit haar omgeving geen voedingsstoffen meer kan betrekken. Blijft hij echter bij het genot staan, dan sluit hij zich in zichzelf op. Hij heeft dan alleen betekenis voor zichzelf, niet voor de wereld. Al leeft hij innerlijk nog zo intens, al werkt hij nog zo krachtig aan zijn ‘ik’ – de wereld sluit hem buiten. Voor haar is hij dood. De leerling op het innerlijk pad beschouwt het genot slechts als een middel om zich voor de wereld te vervolmaken. Voor hem is het genot een boodschapper, die hem kennis brengt over de wereld; maar na deze kennisgeving door het genot gaat hij aan het werk. Hij leert niet met het doel om het geleerde als zijn kennisschatten op te hopen, maar om het geleerde in dienst te stellen van de wereld.

    1. Dit levensthema, dat een belangrijke levensles in zich draagt, laat zich uitstekend combineren met de 5e voordracht uit Steiners voordrachtenreeks De metamorfosen van de ziel, waarin het wezen van het egoïsme grondig en helder wordt behandeld.
      Welbeschouwd is de actualiteitswaarde van Steiners basisgeschriften, zoals onder andere De weg tot inzicht in hogere werelden (GA 10), bijzonder hoog. Je mag je hierbij afvragen in hoeverre en in welke zin het taalgebruik van Rudolf Steiner hieraan positief bijdraagt. Zie het item ‘De woordkunst van Rudolf Steiner’ vervat in paragraaf 2, Bericht van een stille lezer, van mijn blogartikel Linksaf en rechtdoor (Weblog Bewustzijnsziel, 27 oktober 2022).

  2. Els Sluijter

    Als we onze moraliteit willen oefenen en verhogen, dan kunnen daarbij de 12 door Steiner aangegeven deugden richtlijnen geven. De deugd voor oktober (uit het boekje van Witzenmann) is: tevredenheid wordt tot gelatenheid. Die van november is : geduld wordt tot inzicht. Ik probeer die op een dieper niveau te begrijpen en dat is soms nog niet zo gemakkelijk, maar het dagelijks leven geeft ons gelukkig oefeningen….

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s