Reinhold Köhler

In de directe omgeving van het archief lag de bibliotheek van Weimar. Als hoofdbibliothecaris zat daar een man met een kinderlijk gemoed en een bijna onbegrensde geleerdheid, Reinhold Köhler. De medewerkers van het archief moesten daar vaak zijn. Want de literaire hulpmiddelen bij het werk in het archief konden daar in belangrijke mate worden aangevuld. Reinhold Köhler had een eenmalige onbegrensde kennis op het terrein van mythen, sprookjes en sagen; op het gebied van talen bezat hij een universaliteit, die de diepste bewondering afdwong. Bij het zoeken naar de meest moeilijke op te sporen literaire documenten kon hij raad geven. Daarbij bezat hij een roerende bescheidenheid en was op de meest hartelijke wijze welwillend om te helpen. Hij liet het zich nooit uit handen nemen om de boeken, die men nodig had, zelf uit de kast te halen en ze in de werkkamer van de bibliotheek bij de betreffende persoon te brengen. 

Op een keer kwam ik binnen en vroeg om een boek dat Goethe bij zijn botanische studies had gebruikt. Reinhold Köhler wilde het dikke boek zoeken, dat zeker tientallen jaren ergens in de bibliotheek ongebruikt had gestaan. Het duurde lang eer hij terugkwam. Men ging eens kijken waar hij bleef. Hij was van de ladder gevallen die hij nodig had om het boek te pakken. Een breuk van het bovenbeen. Deze fijne, edele mens kon niet meer herstellen van de gevolgen van het ongeluk. Na een lang ziekbed overleed de alom vereerde man. Ik leed onder de smartelijke gedachte dat het ongeluk gebeurd was terwijl hij op zoek was naar een boek voor mij.

Bron: Rudolf Steiner – Mijn Levensweg (bladzijde 145) – Vertaling W.A.C. Labberté – 1981 Uitgeverij Vrij Geestesleven, Zeist

Duitstalig: GA 28 (bladzijde 214-215)

220px-Reinhold_Koehler

Reinhold Köhler (1831-1892)

Eerder geplaatst op 20 december 2020  (5 reacties)