Juist zij die in engere zin, als leden van de vereniging, tot onze kringen behoren, zullen weten dat de aanpak, de toon van een antroposofische voordracht volledig anders moet zijn wanneer die voor een onvoorbereid publiek wordt gehouden, dan voor een publiek dat uit een innerlijke drang, door zijn hele innerlijke houding serieus neemt wat het grote publiek nog niet serieus zou kunnen nemen. En wat hiermee is aangeduid, zal in de nabije toekomst zeker niet beter worden– daarvan kan helemaal geen sprake zijn – integendeel, het zal steeds sterker scherper naar voren komen. Het verzet tegen al wat antroposofie is zal steeds groter worden in de wereld, en de oorzaak daarvan is dat de antroposofie in onze tijd juist iets hoogst actueels, iets hoogst noodzakelijks is en dat de mensen zich tegen het meest dringende en noodzakelijke altijd het sterkst verzetten.
Bron: Rudolf Steiner – GA 135 – Wiederverkörperung und Karma und ihre Bedeutung für die Kultur der Gegenwart – Berlijn, 5 maart 1912 (blz. 45-46)
Nederlandse uitgave: Werkingen van het karma (blz. 313-314).
Vertaald door Anton de Rijk en Hans Schenkels met een nawoord van Hans Peter van Manen.
Stichting Rudolf Steiner Vertalingen. Tweede druk 2004
Borstbeeld door David Dozier