Als astrale beelden verschijnen, bijvoorbeeld door pathologische toestanden, moet men weten hoe hier mee om te gaan. Bij een delirium komen vaak zulke beelden voor en zulke mensen kunnen alle mogelijke akelige beelden en gestalten (Duits: Fratzen) zien, die op hen afkomen, omdat in dergelijke pathologische toestanden de astrale wereld open staat voor de mens.
Deze beelden zien eruit alsof de dingen zich op de mens storten, terwijl ze toch in werkelijkheid van hem uitstromen. Toekomstige artsen moeten dit weten, omdat dergelijke dingen in de toekomst steeds vaker zullen voorkomen vanwege verdrongen religieuze verlangens. Zo’n astrale beeldervaring ligt bijvoorbeeld ook ten grondslag aan het onderwerp van het bekende schilderij “De verleiding van St. Antonius”.
Bron: Rudolf Steiner – GA 100 – Menschheitsentwickelung und Christus-Erkenntnis / Theosophie und Rosenkreuzertum – Kassel, 19 juni 1907 (bladzijde 50)
Eerder geplaatst op 26 september 2019 (1 reactie)
De verleiding van St. Antonius door Matthias Grünewald
Mijn vader heeft een delirium gehad.
Mijn vader was een alcoholist. Hij leeft nog wel, maar drinkt al 24 jaar niet meer.
Toen ik een kind kreeg, stopte hij met drinken.
Dat had geen verband, hij stopte onverwacht als gevolg van een angstaanjagend delirium.
Koeien en muizen had ie gezien, het hele huis vol.
Ik begreep het nooit, zag het als een neurologisch verklaarbare hallucinatie.
Inmiddels, 24 jaar later, zie ik dat anders. Ik zie hoe ontzettend moeilijk mijn vader het wel niet met zichzelf gehad heeft moeten hebben.
Ik spreek hem niet meer. Na vier huwelijken, waarvan dat met mijn moeder als zijn eerste, is de afstand te groot geworden. Maar het blijft de man van wie ik bouwsteentjes in me draag.
Dus ik kan dezelfde pijn en angst voelen.
Daarom meen ik dit citaat van Steiner redelijk goed te begrijpen.
Ik ben niet geboren bij of uit heiligen. Ik ben geboren bij en uit en nota bene dankzij mensen.
Omdat ondanks de weerzinwekkende hel op aarde er altijd weer vernieuwing plaatsvindt puur en alleen doordat mensen elkaar (lang of kort) opzoeken en liefhebben, keer op keer op keer.
Zo vond ik de dierentuin als kind al een vreemd fenomeen met lijdende dieren. Vol verdriet liep ik daar rond. Die dieren willen bevrijd worden en hun eigen leven leiden. Die dieren waren innerlijk vermoord, kregen alleen maar kant en klare maaltijden voorgeschoteld binnen hun hekken.
We kunnen ons voorstellen hoe de straten van Amsterdam eruit hadden gezien als alle hekken van Artis open waren gezet. Als een levend delier.
Moraal van deze metafoor? Angst lijdt tot verslaving en/of slavernij veroorzaakt overwoekering van de ziel.
Mijn vader was verslaafd, en daarom belandde hij in het schilderij van Grünewald.
Niet saai, maar ook zeker niet veilig.
*leidt.
Brrr afschuwelijke spelfout
Je kunt ook in een delirium terecht komen als je midden in de nacht een bloedtransfusie krijgt toegediend. Geef je dezelfde persoon overdag die bloedtransfusie, is er niks aan de hand.
Ik heb wel van een gulle gever midden in de nacht bloed gehad, en weliswaar kwam ik niet in een delirium terecht maar ik voelde me duidelijk anders dan daarvoor.