Net zoals er een vleselijke incarnatie van Lucifer is geweest, net zoals er een vleselijke incarnatie van Christus is geweest, zo zal er een werkelijke incarnatie van Ahriman in het Westen zijn, zelfs voordat maar een deel van het derde millennium na Christus is verstreken: Ahriman in een lichamelijke incarnatie. De mensheid op aarde kan niet ontkomen aan deze incarnatie van Ahriman in het vlees. Die zal komen. Het komt er nu op aan dat de mensheid op aarde haar juiste positie moet vinden in de opstelling tegenover deze ahrimanische incarnatie op aarde.
Bij alles wat op deze manier voorvalt wanneer dergelijke incarnaties worden voorbereid, moet men kijken naar wat geleidelijk in de menselijke evolutie naar dergelijke incarnaties leidt. Een wezen als Ahriman, die een bepaalde tijd na de onze hier op aarde in de westerse wereld wil incarneren, bereidt zich voor op zijn incarnatie. Ahriman, die op aarde wil incarneren, stuurt bepaalde krachten in de menselijke ontwikkeling op zo’n manier dat ze voor zijn wezen het grootste voordeel opleveren.
En het zou een slechte zaak zijn als mensen er slapend aan voorbij zouden gaan en bepaalde verschijnselen die in het menselijk leven plaatsvinden niet zouden inzien en niet zouden kunnen herkennen als een voorbereiding op de vleselijke incarnatie van Ahriman. Mensen zullen de juiste positie alleen vinden doordat ze herkennen: In deze of gene gebeurtenissen met betrekking tot de menselijke ontwikkeling moet men herkennen hoe Ahriman zijn aardse bestaan voorbereidt. En nu is de tijd dat individuele mensen weten welke van de processen die om hen heen plaatsvinden, machinaties van Ahriman zijn, die zijn komende aardse incarnatie zo goed mogelijk in zijn voordeel voorbereiden.
Wordt vervolgd
Bron: Rudolf Steiner – GA 191 – Soziales Verständnis aus geisteswissenschaftlicher Erkenntnis – Dornach, 1 november 1919 (blz. 198-199)