De mens kan zichzelf misleiden. Hij kan het geloof zijn toegedaan dat iets verborgens niet bestaat, dat wat zich aan zijn zintuigen en zijn verstand voordoet, reeds alles omvat, wat maar met mogelijkheid kan bestaan. Maar deze misleiding is alleen mogelijk bij een oppervlakkig bewustzijn, niet bij een verdieping ervan. Het gevoel en het verlangen schikken zich niet naar dit misleidend geloof. zij zullen telkens weer op de een of andere wijze naar het verborgene verlangen. En als hun dat ontnomen is, voeren zij de mens tot twijfel, tot onzekerheid in het leven, ja zelfs tot de vertwijfeling. Een kennis, die het verborgene ontsluit, is in staat alle wanhoop, alle onzekerheid in het leven, alle vertwijfeling, kortom alles te overwinnen, wat het leven verzwakt en het ongeschikt maakt voor de hem noodzakelijke dienst in de wereld als geheel.
De schone vrucht van geesteswetenschappelijke inzichten bestaat daarin, dat zij aan het leven kracht en vastheid schenken en niet alleen de weetgierigheid bevredigen. De bron, waaruit zulke inzichten kracht tot arbeid, vast vertrouwen voor het leven putten, is onuitputtelijk. Niemand, die eenmaal tot de bron is gekomen, zal, wanneer hij opnieuw daartoe zijn toevlucht neemt, ongesterkt heengaan.
Bron: Rudolf Steiner – GA 13 – DIE GEHEIMWISSENSCHAFT IM UMRISS: Charakter der Geheimwissenschaft – bladzijde 46-47
Deze vertaling is van F. Wilmar
Met ‘Een kennis, die het verborgene ontsluit, . . . .’ wordt niet iemand bedoelt, maar ‘Kennis’ of ‘De kennis’.
Deze vertaling is van F. Wilmar. Het spreekt wel vanzelf dat met ‘een kennis’ niet iemand wordt bedoelt. Er had wel misschien wel beter ‘de kennis’ kunnen staan, maar toch is het niet fout, want er zijn verschillende soorten van kennis.
Natuurlijk – verschillende soorten kennis. Maar deze kennis ontsluit het verborgene.
Dat oefent de geest, Bernard. Bewegelijk denken.
Zelf had ik bij die zin voor het openingswoord Kennis gekozen, dus zonder een lidwoord er voor.
Ja, zonder lidwoord had ook gekund. Er had ook nog kunnen staan ‘deze kennis’, maar veel maakt het niet uit.
Ja inderdaad. En iedereen heeft in principe een eigen schrijfstijl of is bezig die te ontwikkelen. Zelf worstel ik onder andere met bijwoorden. Zo ben ik bijvoorbeeld mezelf aan het afleren om ‘mijn’ stopwoordje ‘ook‘ niet steeds te gebruiken. Een lezer vrijer laten om samenhangen zelf op te merken en op te sporen. Qua taalgebruik word ik minimalistisch, maar niet bij alle schrijfgenres natuurlijk. Neem bijvoorbeeld dichterlijke vrijheid.
Vreemd genoeg stond je laatste reactie bij de Spam. Hoe dat nu weer komt….Ik keek anders zelden in de Spambox, maar ik moet het nu wlel goed in de gaten houden.