Antroposofie mag nooit louter theorie zijn

Als antroposofie wordt geleerd als een wetenschap, wordt het schadelijk. Antroposofie mag nooit louter theorie zijn; ze moet onmiddellijk leven worden. Laat men het alleen maar een leer zijn, dan doodt men het. – Het is echter voor de mensen vandaag de dag veel gemakkelijker om te denken en zich enige antroposofische begrippen eigen te maken dan om ook maar een enkele gewoonte af te leggen. Wat antroposofie uit onze zielen maakt, is veel belangrijker dan nog zo veel theoretische kennis over geesteswetenschappelijke begrippen.

Bron: “Rudolf Steiner über die kommende Jugend”. Mündliche Äußerung Rudolf Steiners gegenüber Frau Sybell-Petersen, übermittelt von Adelheid Petersen in einem Vortrag, gehalten im August 1950

Te vinden in: Anthrowiki/Schulungsweg: Künftige Bedeutung des Schulungswegs

8512d866dd5c333250x250p

Adelheid Petersen (6 oktober 1878 – 3 mei 1966)

Eerder geplaatst op 28 mei 2016   (6 reacties)

Over matigheid en gezondheid

Men kan op de meest uiteenlopende manieren onmatig (Duits: unbesonnen) zijn. Men kan onmatig zijn door overmatig eten en drinken. Dit is de laagste soort van onmatigheid. Dan gaat de ziel volledig op in de lichamelijke begeerten, en we leven ons volledig in ons lichaam uit. Als we echter onze begeerten in de hand nemen, als we in feite het lichaam bevelen wat hij doen mag en niet doen mag, dan zijn we bezonnen, men kan ook zeggen: matig. En dan behouden we door deze matigheid ook de krachten in orde, die meewerken moeten dat we in de volgende incarnatie de betreffende organen niet aan Lucifer overleveren. Want we leveren de krachten aan Lucifer uit door de overgave aan een hartstochtelijk leven. Het ergste in het geval wanneer de hartstochten ons in een roestoestand brengen, als we ons weldadig voelen in een staat van wegdromen en wegdoezelen.

Als we onze matigheid verliezen, geven we altijd krachten aan Lucifer over. Deze krachten neemt hij, maar daarmee neemt hij van ons ook de krachten, welke we voor de ademhalings- en spijsverteringsorganen nodig hebben, en we komen dan met slechte ademhalings- en spijsverteringsorganen weer op aarde, als we niet de deugd van de matigheid beoefenen. Degenen die zich graag laten meeslepen door hun begeerteleven, die zich aan hun hartstochten overgeven, zijn kandidaten voor de decadente mensen van de toekomst, voor de toekomstige mensen die onder alle mogelijke gebreken van hun fysieke lichaam zullen lijden.

Bron: Rudolf Steiner – GA 159 – Das Geheimnis des Todes – Zürich, 31 januari 1915 (bladzijde 20-21)

14-Matigheid

Eerder geplaatst op 30 mei 2017  (2 reacties)

Hulp tegen egoïsme

Als een middel tegen egoïsme – dat zo sterk kan optreden, dat men daardoor een grote onrust (Duits: Beunruhigung) ervaart – is aan te bevelen het lezen en op ons laten inwerken van het Onze Vader of de Bergrede of het begin van het Evangelie van Johannes. Dit zal ons bij gelegenheid (Duits: Zeitweise) rust geven. Ook wat ons in deze dagen als het “Vijfde Evangelie” werd gegeven, is doeltreffend om een verdere toename van egoïsme te voorkomen.

Bron: Rudolf Steiner – GA 266c – Aus den Inhalten der esoterischen Stunden-Band III – Bergen, 11 oktober 1913 (bladzijde 182)

a0b7e08f8f4196c275229cda4f988d9a

Eerder geplaatst op 29 mei 2017  (11 reacties)

Materialisme niet altijd een dwaasheid

Er kunnen mensen zijn die zo zijn aangelegd dat het hun onmogelijk is de weg tot de geest te vinden. Het zal moeilijk worden om zulke mensen het geestelijke te bewijzen. Ze blijven staan bij hetgeen waar ze iets van weten, waarvoor ze de aanleg hebben om iets van te weten. Ze blijven, om zo te zeggen, staan bij wat de meest rechtstreekse indruk op hen maakt (Duits: bei dem stehen, was den grobklotzigsten Eindruck auf sie macht), bij het materiële. 

Zo’n persoon is een materialist en zijn wereldbeschouwing is het materialisme. Wat door de materialisten als verdediging, als bewijs van het materialisme naar voren gebracht wordt, hoeft men niet altijd dwaas te vinden, want er is ontzaglijk veel scherpzinnigs op dit gebied geschreven. Wat geschreven is, dat geldt in eerste instantie voor het materiële gebied van het leven, geldt voor de materie en haar wetten.       

Bron: Rudolf Steiner – GA 151 – Der menschliche und der kosmische Gedanke – Berlijn, 21 januari 1914 (bladzijde 35)

occultists-rudolf-steiner-portrait-of-the-great-modern-esotericist-rudolf-steiner-1861-1925-behind-is-the-goetheanum-of-dornach-which-he-designed-in-front-images-of-lucifer-and-ahriman-portrait-by-john-bolton-MC6M8D

Portret door John Bolton

Eerder geplaatst op 22 mei 2017 (1 reactie)

Verveling

Als u een goede observator van natuurlijke dingen bent, zult u zeker een niet vaak gedane, maar desondanks zich opdringende waarneming kunnen doen, namelijk dat in feite alleen de mens zich vervelen kan. Dieren vervelen zich nooit. En wie denkt dat dieren zich vervelen, is een slechte waarnemer. U kunt zelfs iets merkwaardigs opmerken in het zich vervelen van de mensen. Als u een mens met een eenvoudig, primitief zielenleven beschouwt, dan vervelen deze zich eigenlijk veel minder dan mensen met een meer gecompliceerd zielenleven in de meer ontwikkelde standen en klassen.

Wie in de wereld rondloopt en in staat is het op te merken, die zal zien hoeveel minder men zich verveelt op het platteland dan in de stad. Dat wil zeggen: u moet natuurlijk niet kijken naar hoe de stadsmensen zich op het platteland vervelen, maar hoe de plattelandsmensen zich op het platteland vervelen, u moet dan kijken naar het psychische leven, hoe het een gevolg is van de meer gecompliceerde ontwikkeling. Dus al bij mensen onderling is er een verschil met betrekking tot het zich vervelen of het zich niet vervelen.

Bron: Rudolf Steiner – GA 115 -Anthroposophie /Psychosophie / Pneumatosophie – Berlijn, 2 november 1910 (bladzijde 141-142)

verveling-1024x769

Eerder geplaatst op 21 mei 2017