Wanneer je het kind door bepaalde dingen straf wilt geven, ga je met bepaalde straffen dikwijls tegen de ontwikkeling van het mensenwezen in. Op de vrijeschool konden we hiermee heel mooie ervaringen opdoen. Hoe wordt op de doorsnee school dikwijls gestraft? Kinderen zijn in een lesuur stout geweest: ze moeten nablijven en ze moeten dan bv. rekenen. Op de vrijeschool gebeurde er met drie of vier kinderen iets opzienbarends tegen wie men gezegd had: jullie hebben je niet goed gedragen, jullie moeten nablijven en sommen maken!
Toen zeiden de anderen: “Maar dan willen wij ook nablijven en sommen maken!’ Want ze waren zo opgevoed dat sommen maken iets goeds is, niet iets om mee gestraft te worden. Je moet bij een kind helemaal niet de mening oproepen dat sommen maken wanneer je na moet blijven, iets ergs is. Daarom wilde de hele klas daar ook bij blijven en nablijven en sommen maken. Je moet dus geen dingen kiezen die helemaal geen straf kunnen zijn, wanneer het kind met een zuiver gevoel opgevoed wordt.
Bron: Rudolf Steiner – GA 311 – Die Kunst des Erziehens aus dem Erfassen der Menschenwesenheit – Torquay, 14 August 1924 (bladzijde 58-59)
Vertaling: Pieter H.A. Witvliet – De gehele vertaalde voordracht is te vinden op zijn weblog VRIJESCHOOL – PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE ACHTERGRONDEN Rudolf Steiner over pedagogie(k) – GA 311 – voordracht 3 (bladzijde 58-59)
Eerder geplaatst op 14 juni 2015 (3 reacties)