We kunnen nooit te veel doen wanneer het erom gaat de waarheden over de hogere werelden van de meest verschillende kanten te beschouwen. Het moet voor iedereen duidelijk zijn dat men vanuit een enkel gezichtspunt alleen maar een armzalige schets kan geven. En slechts langzamerhand, wanneer men dezelfde zaak vanuit vele verschillende invalshoeken bekeken heeft, dan komen al die indrukken samen tot een geheel, tot een beeld dat steeds maar levendiger wordt. Alleen dergelijke beelden helpen de mens die in de hogere werelden wil geraken, niet de droge, schematische begrippen. Hoe levendiger de beelden, hoe kleurrijker, des te meer mag men hopen dat men de hogere werelden dichterbij komt.
Het lijdt geen twijfel dat het juist die beelden uit de hogere werelden zijn, die tegenwoordig bij vele tijdgenoten wantrouwen tevoorschijn roepen. Wanneer de mens overstelpt wordt met begripsschema’s, met indelingen – liefst met vele lijstjes namen – over het devachan, over de planetenontwikkeling enz., dan laat hij zich dat graag welgevallen. Maar hij begint moeilijk te doen wanneer iemand het waagt om de bovenzinnelijke werelden te beschrijven zoals een reiziger landschappen in Zuid-Amerika zou beschrijven. En toch moet men zich voor ogen houden dat men alleen door levensfrisse beelden werkelijk iets nuttigs verkrijgt, niet door dode schema’s en namen.
Bron: Rudolf Steiner – GA 11 – AUS DER AKASHA-CHRONIK (bladzijde 211-212)
Vertaling overgenomen uit Tijdschrift De Brug (nummer 64 – inleiding – Juni 2009)
Eerder geplaatst op 13 juli 2016 (2 reacties)
De grote Rudolf Steiner Citatensite 
ik vind het citaat in de inleiding van ‘De Brug’ 64 (juni 2009),
Luc
Dank je, ik heb de link naar De Brug nu aangepast, maar men moet dan nog steeds omhoog scrollen om bij de tekst van dit citaat te komen.
Ik ben nooit goed geweest in lijstjes, schema’s en grafieken, heeft me altijd veel tijd en moeite gekost, om ze goed te kunnen lezen en te begrijpen wat ze inhouden, is me allemaal veel te abstract.
OK ik geef onmiddellijk toe dat dat meer over mij zegt, dan over de toepassing van tabellen en grafieken. Ik vind ze niet slecht of overbodig, ik daar verder helemaal geen oordeel over, maar een relatie mee hebben, of als inspirerend ervaren, nou nee…
Ik ga meer voor de verhalen die ik om me heen hoor vertellen of die ik zelf in staat ben, en mag vertellen over de Geestelijke wereld. Dan heb ik ook gelijk contact met een medemens, inplaats dat ik me in mijn eentje suf zit te staren op een tabel die over die wereld zou gaan. Ik weet een hele hoop niet over de Geestelijke wereld wat ik me nog bedacht aan het citaat van gisteren, maar negeren doe ik die wereld niet, en ze lijkt me verre van abstract, ook al is daar wel sprake van hiërarchieën.
Mijns inziens gaat het ook helemaal niet om lijstjes, schema’s of grafieken – dat is allemaal gebaseerd op de fysieke wereld. Iedereen heeft zijn eigen verhouding tot de geestelijke wereld. Ik maak wel eens de vergelijking met een dikke boom, waar we allemaal omheen staat; de een ziet een knoest en de ander een tak, de derde een eekhoornholletje enz. Het gaat allemaal om dezelfde boom en met elkaar kunnen we een veelvoudig beeld krijgen dat een gevoel van bewondering oproept. En zelfs dit beeld is gebaseerd op de fysieke wereld! We zijn heel erg ver met het doorgronden van de wetmatigheden van de fysieke realiteit in de hele kosmos, maar we komen tot een eindpunt, waar Stephen Hawking wanhopig bij uitriep: “Oh, wist ik maar waar de oerknal vandaan komt . . .”
Nee grafieken en lijstjes daar gaat het inderdaad niet om, maar ze zijn er, en we werken er mee. Dat zijn allemaal fysieke aangelegenheden en aangezien ik in het fysieke ben geïncarneerd moet ik er wat mee, of ik dat nou leuk vind of niet, de een wat meer dan de ander, en gelukkig bevind ik me in de aangename positie dat ik er niet al teveel mee te maken heb.. 😊😇
Ik vind het een prachtig, mooi, fysiek beeld van die van die boom Bernard. Uit die fysieke waarneming komt de Geestelijke voort, namelijk de bewondering…
Misschien was de titel van Arie’s Bos zijn 1e boek (Hoe de stof de Geest kreeg) meer dan een kwinkslag richting Swaab.