Op het gebied dat men in de ware zin van het woord occultisme noemt, op dit gebied is het onderzoek zeer moeilijk en gecompliceerd. Nietwaar, het is al zo dat als u iemand die goed gezonde ogen heeft, laten we zeggen naar een landstreek in Zwitserland stuurt en hij gaat dan op een hoge berg staan en hij komt terug, dan zal hij u een beschrijving geven, die met de feiten overeenkomt. Maar u kunt zich heel goed voorstellen dat als hij een tweede keer naar deze streek gaat en weer dezelfde berg opstijgt, misschien wat hoger, dan zal hij wat hij dan ziet vanuit een ander gezichtspunt beschrijven. En men zal door de beschrijving vanuit verschillende gezichtspunten een steeds vollediger, een steeds zuiverder beeld van het berglandschap krijgen. Men gelooft nu dat als iemand eenmaal helderziende is geworden, dat hij dan alles weet. Zo eenvoudig is de zaak niet. Hier, in de geestelijke wereld, gaat het ook altijd om het stuk voor stuk onderzoeken. En ook bij dingen die zorgvuldig zijn onderzocht, vindt men steeds weer nieuwe en nieuwe zaken.
Bron: Rudolf Steiner – GA 140 – Okkulte Untersuchungen über das Leben zwischen Tod und neuer Geburt – Hannover 18 november 1912 (bladzijde 46)
Eerder geplaatst op 4 mei 2015 (2 reacties)
Een belangrijk inzicht. Elders beschrijft Steiner ook dat feiten pas in het juiste licht verschijnen nadat ze met het denken zijn doordrongen en geduid, en dat er in de geestelijke wereld nog veel meer afhangt van de juiste duiding dan in de fysieke wereld. Ik ken goeroe’s die elke kritiek afdoen met “dat heb ik gewoon waargenomen”. Ja, kan wel zijn maar…..
Dat valt volgens mij wel te oefenen wie wel, en wie niet echt iets heeft waargenomen. Het is een probleem wat heel diep zit, ook in de Christengemeenschap. Dat zie je terug in de huwelijkswijding. Mensen van het het zelfde geslacht die die verbinding met elkaar aan willen gaan kunnen dat daar niet doen.
Dat heeft niks te maken dat dat binnen deze kerk niet geaccepteerd wordt, of dat er principiele bezwaren zouden zijn tegen een dergelijk huwelijk. Nee, het argument wat daarvoor naar voren wordt gebracht is dat de tekst die bij de huwelijkswijding hoort, en uitgesproken wordt, is gericht op twee mensen van verschillend geslacht, en niet hetzelfde.
M.A.W. Twee mensen van het zelfde geslacht zou je tekort doen als je dezelfde tekst zou gebruiken. De tekst past niet bij de specifieke situatie.
Waarop mijn vraag was: “Dan pas je toch de tekst aan?” Ja was het antwoord van de geestelijke, daar denken we ook wel over na, maar aan wie van ons moet je een dergelijke opdracht om tot een nieuwe/aangepaste tekst te komen, toevertrouwen?
Dus de geestelijken zelf zijn bang dat ze niet capabel genoeg zijn (of dat een van hen) om vanuit de Geestelijke wereld de juiste tekst te kunnen ontvangen en te gaan toepassen.
Ik hoop dat ze eruit gaan komen, anders staat de Christengemeenschap stil.. en heb ik er niks meer te zoeken.
Uit een document dat geüpload staat op de website van de Christengemeenschap:
Huwelijkswijding
‘ […] Een huwelijkswijding tussen partners van hetzelfde geslacht behoort niet tot de mogelijkheden. Dit hangt samen met de achtergrondgedachten van het huwelijk en de liturgie die uitsluitend gericht is op de man en de vrouw. Wel worden af en toe, op vraag van leden die een dergelijk verbinding aangaan, liturgische vieringen gehouden die als ‘zegen’ voor de verbinding ervaren worden. Een vaste vorm hiervoor bestaat niet; elk individueel geval wordt op de bij de situatie passende wijze vormgegeven. […] ‘
Mijn verslag is een verslag van een levend gesprek wat ik had met een Geestelijke uit de Christengemeenschap, niet van een dood document.
Ik vind het een goede en verhelderende aanvulling die John hier brengt, Haike. Niet dat er iets mis is met wat jij hier over schrijft, maar de tekst uit het document verduidelijkt het wel wat.
Zou kunnen, maar het vertegenwoordigd niet het gesprek wat ik met de Geestelijke had. Ik zie het dan ook niet als een aanvulling op mijn reactie op Arie.
Dit punt speelt somt ook op AViN ledenavonden. Bijvoorbeeld: hoe ver was Steiner op jongere leeftijd aangaande een bepaald onderwerp en fenomeen.