Dat beseffen tegenwoordig alle mensen wel, dat het iets zeer werkelijks, een zeer echte realiteit is, wanneer ik iemand met mijn hand een klap geef. Maar niet zo gemakkelijk geloven de mensen dat het iets werkelijks is, als ik iemand een slechte gedachte zend. Dat moeten we ons bewust maken, dat de slechte gedachte waarmee ik mijn medemensen tegemoet treedt, de gedachte van antipathie, van haat, voor zijn ziel hetzelfde is als een klap in het gezicht van de mens. En een schadelijk gevoel, een gevoel van haat en liefdeloosheid waarmee ik tegenover de medemensen sta, ze zijn werkelijk als de gewone uiterlijke verwonding die men een mens toebrengt.
Bron: Rudolf Steiner – GA 264 – Zur Geschichte und aus den Inhalten der ersten Abteilung der Esoterischen Schule 1904 – 1914 (bladzijde 373-374)
Eerder geplaatst op 22 januari 2015