Het geeft niets als u veel tegen het kind zegt dat hij pas later kan begrijpen. Het principe dat men het kind alleen moet brengen wat het al begrijpt, waarover het zich al een oordeel kan vormen, dat is het principe dat zoveel in onze cultuur heeft geruïneerd. – Een zeer bekende opvoeder (Georg Hinzpeter (1827-1907) van een nog veel meer bekende hedendaagse persoonlijkheid (prins Wilhelm von Preußen), pochte eens dat hij deze persoonlijkheid had opgevoed volgens het volgende principe. De man zei: “Ik heb deze jongen goed opgevoed, omdat ik hem heb gedwongen zich over alles meteen een oordeel te vormen.”
Nu, met deze basisregel om over alles meteen een oordeel te vormen, zijn zeer veel mensen het tegenwoordig eens, en het is niet vreemd dat deze bekende opvoeder van een nog meer bekende persoonlijkheid dit principe dan in pedagogische boeken opnieuw wil benadrukken. Ik heb het toch beleefd dat, aanknopend aan dit principe, in een hedendaags pedagogisch werk werd gezegd: Men zou alleen maar kunnen wensen dat zo’n voorbeeldige opvoeding aan elke Duitse jongen en elk Duits meisje zou kunnen worden gegeven. U ziet hieraan dat men in de hedendaagse pedagogiek veel kan vinden hoe je het niet moet doen, want er ligt een grote tragiek in deze manier van opvoeden, en deze tragiek hangt samen met de huidige wereldcatastrofe.
Het gaat er dus niet om dat het kind over alles onmiddellijk een oordeel vormt, maar dat het tussen het zevende en vijftiende jaar dat wat het opnemen moet, opneemt uit liefde, uit ontzag voor de leiding van de opvoeder (Duits: aus Autorität zum Erzieher).
Bron: Rudolf Steiner – GA 294 – Erziehungskunst/Methodisch-Didaktisches – Stuttgart, 25 augustus 1919 (bladzijde 53-54)