Wat is het eigenlijk waardoor wezens steeds machtiger worden? Dat bestaat erin dat ze vooreerst om zo te zeggen behoeftig zijn en iets nodig hebben; dat ze iets moeten vragen van de wereld en dat ze later zich ertoe ontwikkelen iets te kunnen geven. Daarin ligt in feite de geest en de bedoeling van de ontwikkeling, dat men van nemen naar geven voortschrijdt. Men heeft al een analogie in de menselijke evolutie hier tussen geboorte en dood: Het kind is hulpeloos, moet nemen de hulp van degenen die in zijn omgeving zijn. Steeds meer en meer groeit hij uit deze onbeholpenheid en wordt uiteindelijk zelf een helper in zijn kring. Zo is het ook met de grote mensheidsontwikkeling in het universum.
Bron: Rudolf Steiner – GA 110 – Geistige Hierarchien und ihre Widerspiegelung in der physischen Welt – Düsseldorf, 13 april 1909 (bladzijde 67)
Eerder geplaatst op 14 november 2014
Dat is een mooie vergelijking!!
GA 110 is in zijn geheel vertaald naar het Nederlands. Een waardevolle voordrachtenreeks: Kosmische hiërarchieën – Evolutie van aarde en mensheid.