De mensen zullen langzamerhand steeds meer en meer verlangen hebben naar de grote geestelijke waarheden. Hoewel tegenwoordig de antroposofie nog bespot wordt, zal dat niet altijd zo zijn. Zij zal zich uitbreiden, zal alle uiterlijke vijandschap overwinnen en al het overige wat haar nog in de weg staat, en de antroposofen zullen zich er niet vanaf maken door alleen maar algemene mensenliefde te preken. De mensen zullen begrijpen dat men zich net zomin in één dag antroposofie kan eigen maken, als dat de mens zich in één dag voor zijn hele leven kan voeden, en dat het erbij hoort zich steeds meer en meer van de antroposofie eigen te maken.
Bron: Rudolf Steiner – GA 155 – THEOSOPHISCHE MORAL – Norrköping, 30 mei 1912 (bladzijde 125-126)