Vrees en angst voor het onbekende

Wie angstig en bevreesd vooruit kijkt naar wat de toekomst hem brengen kan, die belemmert zijn ontwikkeling, remt de vrije ontplooiing van zijn zielekrachten. Niets is eigenlijk zo belemmerend voor deze vrije ontplooiing van de zielekrachten als de vrees en angst voor het onbekende, dat uit de stroom van de toekomst de ziel nadert (Duits: in die Seele hereintritt). Wat de overgave (Duits: Ergebenheit) aan de toekomst kan brengen, daarover kan eigenlijk alleen de ervaring oordelen. Wat is overgave aan de toekomstige gebeurtenissen?

In zijn ideale vorm zou deze overgave de zielestemming zijn die zich altijd zou kunnen zeggen: Wat ook komt, wat me ook het volgende uur, de volgende morgen brengen mag, ik kan het vooreerst, als het mij geheel onbekend is, door geen vrees en angst veranderen. Ik wacht het met volkomen innerlijke rust, met volkomen gemoedskalmte af!

De ervaring die uit een dergelijk gevoel van overgave aan de toekomstige gebeurtenissen volgt, is dat degene die zo gelaten, met volmaakte stilte van het gemoed de toekomst tegemoet gaan kan en toch zijn energie, zijn daadkracht op geen enkele manier eronder lijden laat, de krachten van zijn ziel op de meest intensieve wijze, op de meest vrije wijze kan ontplooien. Het is alsof als het ware hindernis na hindernis van de ziel valt, als ze steeds meer en meer in die stemming komt, die nu als “overgave” aan de ons uit de toekomst toestromende gebeurtenissen gekarakteriseerd is.

Bron: Rudolf Steiner – GA 59 – Metamorphosen des Seelenlebens/Pfade der Seelenerlebnisse: Zweiter Teil – Berlijn, 17 februari 1910 (bladzijde 114-115)

Eerder geplaatst op 7 mei 2017