U weet dat tussen het zevende en het 14e, 15e jaar, wanneer de geslachtsrijpheid aanbreekt, in het kind de kracht leeft die omschreven kan worden als de kracht om te handelen op gezag van autoriteit. Voor het kind bestaat er niets beters dan datgene wat het onderneemt te doen omdat door het kind vereerde mensen in zijn omgeving zeggen: dat is goed, dat moet gedaan worden. – Er is niets slechter voor het kind dan het te vroeg, vóór de geslachtsrijpheid, aan een zogenaamd eigen oordeel te laten wennen. In de toekomst zal tussen het zevende en 14e jaar het gevoel voor autoriteit veel intensiever ontwikkeld moeten worden dan in het verleden het geval was. De opvoeding zal in deze jaren steeds bewuster moeten worden gericht op het doen ontwaken van een zuiver autoriteitsgevoel in het kind; want wat het kind zich in deze jaren eigen moet maken, zal de basis vormen voor wat volwassenen in het sociale organisme zullen ervaren als de rechtsgelijkheid die ieder mens toekomt. Gelijke rechten zullen er alleen langs deze weg kunnen komen, want de mensen zullen als volwassenen nooit rijp worden voor het gelijke recht van de mensen wanneer in hun kinderjaren niet het gevoel voor autoriteit is aangelegd. In het verleden moge een veel geringere graad van autoriteitsgevoel volstaan hebben; in de toekomst zal dat niet voldoende zijn.
Bron: Rudolf Steiner – GA 296 – Die Erziehungsfrage als soziale Frage – Dornach, 9 augustus 1919 (bladzijde 19)
Ook te vinden in het boek Opvoeden en onderwijzen als sociale opgave. Vertaling John Hogervorst en Hanneke Nelemans.
Eerder geplaatst op 12 oktober 2014
Dit is op wijzeouders herblogd.
Tja wat van dit citaat te denken, ik ben blij dat ik mezelf een vrij goed beeld van de autoriteiten om me heen heb verworven, een autoriteit moet zijn/haar gezag verdienen, in wezen is dat al bij kinderen onderling aanwezig.
Ik heb totaal geen ontzag meer voor autoriteiten, tenzij ze zich menselijk gedragen in plaats van kost wat kost het autoriteitsprotocol van hun functie uit te voeren. En dit leerde ik al voor mijn twaalfde en wat dat betreft ontdekte ik al gauw de mens achter de autoriteiten, al op de kleuterschool wist ik al welke non een feeks was en voor welke non ik ontzag kreeg.
Over geslachtsrijpheid gesproken?!
Hoeveel wereldwijde autoriteiten zijn de afgelopen eeuw wel niet door de mand gevallen? Shell, het Vaticaan, banken enz.. Landelijke autoriteiten: Ziekenhuizen, zorginstellingen, woningbouwcoörperaties, ROC’s.enz.
Er is niets op aarde zo belangrijk, als de aarde in te richten als een Salonkamer voor kinderen in plaats van de aarde vol te stouwen met Salonkamers voor autoriteiten op welk gebied dan ook!
In wezen is er geen enkele autoriteit op aarde, die weet wat goed voor ’n kind is, laat staan dat ’n autoriteit via zijn gezag ’n kind kan leiden. Jezus zei het zo: “Eens zal een oude grijsaard aan ’n kind van jonger dan zes dagen vragen waar de plek van leven is!”
Gezag moet je verdienen is onze samenlevingsspreuk, maar niets is belangrijker dan ’n kind waar ook ter aarde geboren, gedurende zes dagen, als gezagsdrager(mediator) van Het Goddelijke op aarde te zien. Immers de fysieke mens aanwezig op aarde, is het toppunt van alles wat op aarde leeft. En is tevens verantwoordelijk voor alles wat niet leeft op aarde, maar wel de ruimte voor het leven op aarde steeds meer beperkt.
Ik ben blij dat mijn autoritaire vader zijn kruit(gezag) al op mijn vijf oudere broers opgebruikt had en kon ik beginnen met een nieuwe relatie met alles wat op aarde is! En voel met Jezus mee, niet wij, maar ’n kind van jonger dan zes dagen waar ook ter wereld geboren is gezagsdrager op aarde. Er worden vier mensen per seconde op aarde geboren en er sterven er maar twee! Hoe kan het gezag van een autoriteit van ’n mens op aarde, zich plaatsen boven ’n kind dat vier keer per seconde het menselijk leven op aarde eikt met de intenties van God in het vormgeven van het Heelal.
Tot zover Groetjes Walter