Mijn bedenkingen over meditatie

Wanneer de mens eenmaal begint meditaties te doen, dan voltrekt hij daarmee de enige werkelijk vrije handeling in dit menselijk leven. […] Als we ons voornemen ‘s avonds en ‘s morgens een meditatie te doen, zodat we geleidelijk leren in de bovenzinnelijke wereld waar te nemen, dan kunnen we dit elke dag ook nalaten. Niets verzet zich daar tegen. En de ervaring leert ook dat de meesten, die met de beste voornemens aan het meditatieve leven beginnen, het zeer snel weer nalaten. We zijn daarin volkomen vrij. Dit mediteren is een oervrije handeling.

Bron: Rudolf Steiner – GA 305 – Die geistig-seelischen Grundkräfte der Erziehungskunst – Oxford, 20 augustus 1922 (bladzijde 79)

P.S. Ik zie niet in waarom meditatie de enige werkelijk vrije handeling zou zijn. Men zou net zo goed kunnen zeggen: Ik ga elke dag even gymnastiek doen of ik ga elke dag even op mijn gitaar spelen. Ik noem maar wat willekeurige voorbeelden. Daarin is men net zo vrij als in het al dan niet mediteren, lijkt mij. Daar komt bovendien nog bij dat mediteren volgens Steiner geleidelijk aan zou moeten worden tot iets waarnaar men dorst heeft en waar men niet zonder zou kunnen leven. Nu, als het eenmaal zover zou zijn, dan is de vrijheid helemaal ver te zoeken.