Wie zich niet aangewend heeft in de fysiek-zintuiglijke wereld bij de feiten te blijven en op feiten te steunen, die went zich ook, als hij over het bovenzintuiglijke spreekt, geen waarachtigheid aan. Want in de geestelijke wereld kan men zich de waarheidsliefde niet meer aanwennen, die moet men meebrengen.
Bron: Rudolf Steiner – GA 220 – Lebendiges Naturerkennen, Intellektueller Sündenfall und spirituelle Sündenerhebung – Dornach, 21 januari 1923 (bladzijde 148)
Eerder geplaatst op 6 augustus 2013
De grote Rudolf Steiner Citatensite 
Zo is dat! Behartenswaardige mededeling van Steiner.
Maar waarom kan dat hier wel, en daar niet?
Ja, dat begrijp ik ook niet echt, Haike. In feite begrijp ik na al die jaren toch eigenlijk geen donder van zo veel. Mijn ervaring is in feite wel: hoe meer men weet, hoe meer men ook beseft dat men eigenlijk zowat niets weet.
Het enige wat ik zo snel kan bedenken is dat je blijkbaar een fysiek lichaam voor nodig hebt, om die kwaliteit op te doen, te verinnerlijken en dan mee te kunnen nemen.
Ik begrijp dit citaat van Steiner heel anders, de mens komt voort uit een Goddelijke Kern, wil hij liefdevol de waarheid ontdekken zal hij liefdevol al wat op aarde geschiedt op waarheidgehalte ontleden en tot de conclusie komen dat de aarde dichtgeslibt is met onwaarheid(leugens), waarop veel tempels, kerken, moskeeën, sinagogen, banken, verzekeringsgebouwen zijn gebouiwd en die nu de fysieke beleving van elk kind op aarde onzichtbaar benevelen en/of beïnvloeden. Ik heb in een eerder citaat al laten merken dat de huidige mens meer van een auto houdt dan van zijn eigen kind, immers in onze cultuur krijgt de auto veel meer vrije ruimte toegewezen dan ’n kind. Ook krijg ik makkelijker ’n kind mee van vreemden dan zijn/haar Auto.
Feitelijk gaan we heel onbewust met het gebeuren van de dag in zee, terwijl we verantwoordelijk worden geacht(als Goddelijk Schepsel) de inhoud van ’n dag te overstijgen, in plaats van te verzwijgen.Zolang de dag, meer biedt dan de mens vermag, is de mens aan de Goden( het Lot) overgeleverd. Pas als de mens snapt dat zijn Goddljke kern, het leven zelf is, zal hij zich waarachtig gedragen ten opzichte van al het leven op aarde. Immers dat is zijn goddelijke kern. En met alle manifestaties ervan zal hij/zij zich behoren te commiteren, opdat onze goddelijke kern verder evolueren kan! En zodoende de inhoud van ’n dag overstijgen mag.
Tot zover
Groetjes Water