Een geestelijke leerling kan ieder mens worden, omdat in iedere mensenziel het vermogen (Duits: Ahnungsvermögen) ligt om de waarheid te ontsluiten. Tot de meest onwetende zou de geestelijke ziener begrijpelijk moeten spreken. En degenen aan wie hij naar de graad van hun begrip niet een honderdste van de waarheid kan zeggen, zegt hij een duizendste. Vandaag erkennen ze het duizendste deel en morgen zullen ze het honderdste erkennen.
Bron: Rudolf Steiner – GA 34 – LUCIFER- GNOSIS – 1903 (bladzijde 35)
Eerder geplaatst op 15 december 2012