Elke keer als een gevoel van medelijden of medevreugde (Duits: Mitfreude) in de ziel ontwikkeld is, dan vormt dat een aantrekkingskracht voor de Christusimpuls, en de Christus verbindt zich door medelijden en liefde met de mensenzielen. […] Met betrekking tot medelijden en liefde zou men bijna van een programma kunnen spreken – als men het in grote lijnen zou willen zeggen -, dat de geesteswetenschap moet vervullen in de toekomst. Het materialisme heeft het tegenwoordig op dit gebied zelfs – wat nooit eerder op de aarde gebeurd is – tot een beschamende wetenschap gebracht. Het ergste, wat gepresteerd wordt tegenwoordig, is het op een hoop gooien (Duits: Zusammenwerfen) van liefde en seksualiteit. […] Seksualiteit en liefde hebben helemaal niets met elkaar te maken in hun ware betekenis. Seksualiteit kan aan liefde worden toegevoegd, maar heeft echter niets van doen met de pure, oorspronkelijke liefde.
Bron: Rudolf Steiner – GA 143 – Erfahrungen des Übersinnlichen, Die drei Wege der Seele zu Christus – Keulen, 8 mei 1912 (bladzijde 184)