Wie inzicht en kennis bereiken wil, wie doordringen en waarnemen wil in de bovenzinnelijke wereld en vooralsnog geen ander doel heeft dan het schouwen in de bovenzinnelijke wereld, die doet er goed aan zulke oefeningen te doen. Daarom is, als dit op een deskundige wijze uit de spirituele wetenschap genomen is, ook geen aanwijzing gegeven: ‘Hoe verkrijgt men krachten om de wil in de wereld van alledag te ontwikkelen?’, maar er zijn aanwijzingen gegeven: ‘ Hoe verkrijgt men inzicht in hogere werelden?’ Wanneer zulke aanwijzingen gegeven worden, dan wordt er op zeer nauwkeurige wijze op dergelijke aanduidingen acht gegeven. Deze dingen, zoals ze beschreven zijn in mijn boek ‘De weg tot inzicht in hogere werelden’, leiden ook tot een cultivering van het willen, echter niet direct, maar indirect, doordat degene die deze ontwikkeling in de hogere werelden nastreeft, nu afwacht wat dan komt. Vanzelf moet dan de ontwikkeling van de wil komen, dan werkt ze op de juiste manier en neemt gezonde wegen.
Zo kunnen we zeggen, dat wilscultuur, zelfopvoeding van de wil erop gestoeld moet zijn, dat de mens een gezonde verhouding, vooral van zijn gewone, in de fysieke wereld aanwezige natuur tot de buitenwereld aanneemt, hetzij dat deze verhouding meer op de cultuur van lichamelijke aangelegenheden betrekking heeft, hetzij dat het meer op de karaktervorming betrekking heeft.
Bron: Rudolf Steiner – GA 61 – Menschengeschichte im Lichte der Geistesforschung – Berlijn 14 maart 1912 (bladzijde 432-433)
Mooi slotje ….die laatste zin .
HET, ZIJ,en HIJ
HET is het onzijdige krachtwoord voor het werelddenken .
ZIJ is het vrouwelijke krachtwoord voor de wereldziel .
HIJ is het mannelijke krachtwoord van de wereldwil , de wereldgeest ,wiens wil uit zichzelf werkt ,terwijl de m e n s e l ij k e w i l door de buitenwereld bepaald wordt . [ uit raadgevingen voor esoterische scholing]
Henri, nu moet je het niet te moeilijk maken, ik heb geen mavo diploma. 😉
moeilijk gaat ook ,hoor
gebruik je wilskracht , jongen ! lol
kortere stukken hebben meer zeggingskracht. De lange zinnen zijn niet meer van deze tijd.
Steiner zegt hier dus eigenlijk dat, als je aanwijzingen geeft om meer inzicht in hogere werelden te krijgen, dat dan iedereen de oren spitst en aan de slag wil. Terwijl, als je aanwijzingen geeft ter versterking van de wil in het dagelijkse leven, niemand geïnteresseerd is. (Hij zegt ook nog dat de gegeven aanwijzingen tot inzicht in hogere werelden de wil indirekt cultiveren.)
Vroeger, dat is dus voor mijn Steiner verslaving, was ik uitgesproken van mening dat ik niet op inzicht in hogere werelden zat te wachten. Ik wilde graag de wereld en mijzelf begrijpen.
inmiddels betekent inzicht in “hogere werelden” voor mij vooral dat ik daardoor mijzelf en de wereld steeds beter ga begrijpen. De hogere werelden doorweven de dagelijkse werkelijkheid.