Geheel ongelijk hebben degenen, die geloven tijd te hebben, tot ze door de poort van de dood gegaan zijn, tot ze daar in de andere wereld zijn, om een en ander over de geestelijke aangelegenheden te ervaren. Om überhaupt iets te ervaren van deze dingen, moet men de organen hebben ze waar te nemen; men moet de vaardigheid hebben deze dingen waar te nemen, en men kan dit vermogen niet hebben na de overgang door de poort van de dood, als men ze niet hier verworven heeft. Want we leven niet voor de kat zijn viool in de fysieke wereld! Onze zielen komen niet voor Jan met de korte achternaam in de fysieke wereld; ze komen hier, omdat werkelijk in deze wereld moet worden verworven, wat alleen hier kan worden verworven: spirituele kennis.
Bron: Rudolf Steiner – GA 140 – Okkulte Untersuchungen über das Leben zwischen Tod und neuer Geburt – Linz 26 januari 1913 (bladzijde 164)
Zie ook: Waarom worden wij geboren?
P.S. Een en ander bezorgt me nogal wat moeilijkheden. Want het is op zich al raadselachtig dat spirituele kennis, met name kennis over het leven na de dood, alleen hier op aarde kan worden verworven. Men zou toch zeggen dat men in die spirituele wereld zelf die kennis moet verwerven. Wie bij wijze van spreken Amerika wil leren kennen, moet niet naar Afrika gaan.
Stel nu eens, iemand is een verstokte materialist: hij wil van al het hogere niets weten en vindt het spirituele maar een hoop kletskoek voor oude, welgestelde dames die niets om handen hebben. Maar hij is wel iemand die veel belangstelling heeft voor de zintuiglijke, materiële wereld, hij is bijvoorbeeld bioloog of arts of technicus of kunstschilder, ik noem maar wat. Is er bij zo iemand dan helemaal geen spirituele ontwikkeling? Ik denk het toch wel. De vruchten van alles wat hij gezien en geleerd en gedaan heeft, die neemt hij toch mee? Als het nu zo is, wat Steiner zegt, dat de geestelijke organen, de helderziende vermogens, in de fysieke wereld worden ontwikkeld, ontwikkelt een materialist ze dan niet eveneens? Misschien wel minder dan een spiritualist, omdat deze wel over het geestelijke nadenkt en een materialist niet. Maar het zou wat mij betreft een zeer bedrukkende gedachte zijn, als er alleen bij degenen die zich verdiepen in geestelijke of religieuze zaken sprake zou zijn van een spirituele ontwikkeling en bij alle anderen die zich alleen op de materie en de aarde richten niet.