Zien wij na de dood onze geliefden weer?

Ziet men in het geestelijk leven na de dood (Duits: im Devachan) zijn geliefden weer? – Ja, we zien ze weer en wel bevrijd van alle hindernissen van ruimte en tijd, die zich als een sluier hier op onze aarde over al deze zielsverhoudingen leggen. […] De verhouding van ziel tot ziel is veel innerlijker en veel intenser dan in de fysieke wereld. Er kan in het devachan nooit enige twijfel zijn of de ene de andere herkent, wanneer de een vroeger, de ander veel later na een lange tussentijd het devachan binnenkomt. Het herkennen van zijn geliefden is daar helemaal niet bijzonder moeilijk, want daar draagt ieder om zo te zeggen zijn innerlijk, geestelijk wezen op zijn geestelijk gelaat geschreven.

Bron: Rudolf Steiner – GA 109 – Das Prinzip der spirituellen Ökonomie im Zusammenhang mit Wiederverkörperungsfragen – Boedapest 7 juni 1909 (bladzijde 198)

18 gedachtes over “Zien wij na de dood onze geliefden weer?

  1. Kees

    Een mooie aanvulling daarop is dat in de beschrijving van bijna dood ervaringen BDE er ook sprake is van ontmoeting met eerder overleden geliefden. In de bde status worden deze geliefden dan nog zichtbaar in een fysiek herkenbare gestalte, bijv. Een opa toont zich dan weer veel jeugdiger op een middelbare leeftijd. Aangezien het fysieke lichaam dan niet meer bestaat is het natuurlijk een vertaalslag voor de bde-er die nog moet leren zuiver geestelijk waar te nemen en dan de geestelijke fysiognomie kan herkennen. Er zijn ook mensen die op hun sterfbed vlak voor hun sterven getuigen dat ze deze reeds eerder overleden geliefden zien, deze hebben zelfs een aktieve rol om degene die gaat overlijden te helpen in dat proces.

    1. Ik heb me nooit verdiept in BDE, maar van Steiner heb ik begrepen dat er pas sprake kan zijn van “zien” en ontmoeting met overledenen in het devachan, dus niet in de eerste dagen na de dood, want dan ziet men alleen een herinneringspanorama van het afgelopen leven, en in het kamaloka is er ook nog geen sprake van hereniging met de overleden geliefden. Dat men dan tijdens een bijna dood ervaring wel overledenen ziet, is best mogelijk, maar ik betwijfel het. Maar misschien begrijp ik het allemaal wel niet goed, het zijn gecompliceerde zaken natuurlijk.

  2. Ik merk dat ik ‘dit citaat’ een heel fijn vooruitzicht vind.
    Mijn geestelijke, beter gezegd spirituele ervaringen, waaronder herbelevingen van vorige levens, laten mij altijd ‘mensen gedaanten’ zien, die ik wel of niet (her)ken in een meer of minder plezierige sfeer. Mensen die al overleden zijn, maar die ook opnieuw in het hier en nu leven.
    Voor mij is het ook iets anders om contact met overledenen te hebben, op welke manier dan ook, dan wat hier in het citaat van de dag staat beschreven. RS: “Ja, we zien ze weer en wel bevrijd van ALLE hindernissen van ruimte en tijd”. Dat zegt mijns inziens toch al, dat we er een heel stuk verder voor moeten zijn op de reis door de geestelijke wereld van dood tot nieuwgeboorte, voordat er een weerzien op geestelijk niveau mogelijk is.
    Een andere spirituele ervaring die ik had is het waarnemen van een engel. Dat heb ik een keer mogen beleven toen ik een week in Dornach was om met een euritmiste een choreografie te maken van een van mijn muziekstukken.
    Dat was zo indrukwekkend, dat ik het nooit meer zal vergeten. Deze engel gaf me op een bijzonder aangename wijze te kennen, dat er samengewerkt moet worden tussen mensen en engelen.
    Ik realiseer mij, dat zulke ervaringen nauwelijks in woorden te vatten zijn en dat het kan overkomen als zweverij. Woorden schieten dan echt tekort.

    Ik haal dit aan, om opnieuw te illustreren, dat we nog lang zover niet zijn om elkaar van ‘geest tot geest’ weer te kunnen zien.

    Het volgende vind ik fijn om hier te vertellen….
    Met deze engel heb ik samen een muziekstuk geschreven. Een buitengewone ervaring. Ik zag haar in een grote, een soort wolk-achtige substantie en als ik achter mijn vleugel zat, dan gaf ze met minieme bewegingen aan of ze het wel of niet met mij, met de ‘gevonden’ muziek eens was. Al met al een heel fraai proces.
    Uiteindelijk is het volgende muziekstuk ontstaan, “Verangela”. Het duurt tot 6:05 voor degene die zou willen luisteren. Dan volgt er het stuk “Ontmoetingen”, dat niet samen met deze engel geschreven is, maar in hetzelfde concert gespeeld is. De stukken hebben een relatie tot elkaar, maar dat is hier niet van toepassing.

    Dank Ridzerd voor het fijne citaat van de dag!

    1. Het zijn wel zeer bijzondere ervaringen, Annelies, die jij beleeft. Zelf voel en beleef ik totaal niks van de spirituele wereld. Maar eerlijk gezegd hoop ik wel dat er ook engelen zijn die wat andere aanwijzingen bij de muziekcomposities aangeven, want ik vrees dat 99 van de 100 mensen, evenals ikzelf, niets van dit soort muziek begrijpen en er ook niet veel aan vinden. Sorry dat ik het zeg, niet verkeerd bedoeld, maar ik zou liegen als ik zei dat ik het mooi vind. Of beter gezegd: het is op een bepaalde manier wel mooi, alleen ik vind er niets aan.

  3. Ik waardeer jou oprechtheid zeer, Ridzerd. Persoonlijk voel ik mij helemaal niet aangevallen hoor. Ik merk dat wanneer mensen spirituele ervaringen van zichzelf kennen, ze meer met mijn muziek kunnen als anderen die dat niet hebben. Óf heel enthousiast zijn, óf wat jij feitelijk zegt, je kunt er niks mee.

    Het is niet mijn bedoeling om mijn muziek hier centraal te stellen, ik wilde er mee illustreren wat ik boven al aangaf, dat we nog lang zover niet zijn om elkaar van ‘geest tot geest’ te kunnen zien.

    Overigens ben ik ook Dylan- fan, Beatles-fan, Pink Floyd-fan, The Band-fan en noem al die fraaie individuen en groepen uit die tijd maar op. Er is zoveel mooie muziek van zovele soorten. Voor elk wat wils in ieder geval.Én last but not least fan van jouw Blog… ^__^ …

    1. Ja, dat denk ik ook wel, dat mensen die spirituele ervaringen van zichzelf kennen, meer met deze muziek kunnen. Ik zou wel eens willen weten wat Steiner van deze muziek gevonden zou hebben. Ik vermoed dat hij het zeer goed zou hebben gevonden, maar dat is ook maar een slag in de lucht van mij. Ik herinner me dat hij ergens in zijn Mijn Levensweg schrijft, dat hij vrienden had die dol waren op Wagner en dat Steiner die muziek ‘tödlich langweilend’ vond en dat hij ‘lood in de benen’ kreeg.
      Ik had overigens niet gedacht dat je ook wel van veel soorten popmuziek houdt.

      1. Steiner en Wagner: ter aanvulling in de gedeelten van zijn werk waar Steiner het over Parzival heeft, beschrijft hij dat Wagners muziek “ganz bestimmte Schwingungen im Ätherleib hervorbringt” die in dat citaat bijzonder goed voor een mens zouden zijn. Elders zegt hij dat Wagners muziek (als enige) de geestelijke realiteit van vóór de Götterdämmerung heeft gered (hinübergerettet) en beleefbaar heeft gemaakt voor de tijd erna ! Ook noemt hij ergens dat Wagner een reïncarnatie zou zijn van Merlijn, die dus ook in die tijd geleefd heeft. Dit is wat ik in mijn studie over Parzival tegen ben gekomen en in mijn eigen woorden. Helaas weet ik niet in welke GA’s dit staat, maar het moet te vinden zijn in verband met Parzival.

      2. Pauline, mijn ervaring met zoeken rechtstreeks in de GesamtAusgabe is dat ik zowat nooit wat kan vinden. Maar de zoekmachine van Google is zeer goed. als je daar een paar trefwoorden invult, heb je een goede kans dat je vindt waar het staat wat je zoekt.

  4. Dat zou ik ook wel eens willen weten, temeer omdat ik nooit iets bedenk, maar altijd via de weg van inspiratie componeer. Ja wat zou Steiner daar van vinden…..

    Toen ik dat las van Steiner over Wagner was ik zeer verrast. Wagner was in die tijd natuurlijk al omstreden. Ik vraag me hierbij dan af, hoe objectief Steiner was bij deze uitspraak. Wagner was toch een echte vernieuwer in die tijd! Verdì kon hem bijvoorbeeld niet uitstaan, zij leefden in dezelfde tijd, omdat Wagner zo’n aandacht kreeg. Meastro Verdi had deze liever voor zichzelf…

    Je zult het niet geloven Ridzerd, maar ik was zelfs al twee keer op een house-party. Ik wilde weten wat mijn kinderen toen voorgeschoteld kregen. Die periode zijn ze al lang voorbij, maar ik weet nog goed, dat ik drie dagen oorpijn had ;-)) Beide zoons hebben ook ooit voor DJ gespeeld en niet eens onverdienstelijk. Een van beiden maakte zelfs voor mij interessante muziek. Ik vond hem vernieuwend.
    Er is eerlijk gezegd weinig muziek, die ik niet kan waarderen.

    Fijne dag verder, ik moet er vandoor!

    Ps Ken je de nieuwe biografie die Ed Taylor schreef over Steiner? Een buitengewoon goede biografie, met vele nieuwe feiten en gelardeerd met vele foto’s. Echt de moeite waard!

    http://www.bol.com/nl/p/rudolf-steiner/1001004010963723/

    1. Nee, Annelies, dat had ik inderdaad niet gedacht dat je ook wel twee keer op een house-party bent geweest. Zelf ken ik house-muziek nauwelijks of helemaal niet.
      De biografie van Ed Taylor over Steiner heb ik wel het een en ander over gehoord. Michel Gastkemper was er zeer positief over. Ik heb het boek echter nog niet gekocht omdat ik verscheidene andere biografieën over Steiner heb gelezen en ook omdat ik financieel nogal krap zit. Misschien iets om op mijn verjaardag te vragen, maar dat is pas in januari. Er is nog niet zo lang geleden ook nog een andere biografie verschenen, geschreven door Mieke Mosmuller. Die heb ik ook nog niet. Misschien zijn deze boeken ook wel in de bibliotheek, ik ben wel nieuwsgierig ernaar.

  5. Onderstaand citaat uit de Occulte Woordentolk van G. de Purucker.

    Michel

    Devachan (bde-ba-can, Tibetaans, uitgesproken de-wa-chen)
    Een vertaling van het Sanskriet sukhavati, het ‘gelukkige gebied’ of goden-land. Het is de toestand waarin de menselijke entiteit, de menselijke monade, tussen twee levens op aarde komt en waar ze in rust en gelukzaligheid verblijft.

    Wanneer na de dood van het fysieke lichaam de tweede dood (zie aldaar) intreedt — want er vindt vele keren een dood plaats, dat wil zeggen een verwisseling van het voertuig van het ego — wordt door het hogere deel van de menselijke entiteit alles wat naar dit hogere streeft opgenomen en meegevoerd naar devachan; en de atman, samen met buddhi en het hogere deel van manas, worden dan de spirituele monade van de mens. Devachan als toestand is niet van toepassing op de hoogste, hemelse of goddelijke monade, maar alleen op de tussenliggende beginselen van de mens, op het persoonlijke ego of de persoonlijke ziel in de mens, overschaduwd door atma-buddhi. Devachan kent vele graden: de hoogste, de tussenliggende en de laagste. Toch is devachan geen plaats maar een toestand, een toestand van de wezens die zich in die spirituele staat bevinden.

    Devachan is de verwezenlijking van alle niet verwezenlijkte spirituele aspiraties uit de afgelopen incarnatie en de vervulling van alle spirituele en verstandelijke verlangens die in deze afgelopen incarnatie geen kans kregen om in vervulling te gaan. Het is voor de menselijke ziel een periode van onuitsprekelijke vrede en gelukzaligheid, die voortduurt totdat haar rusttijd voorbij is en de fase van het herstel van haar krachten is afgesloten.

    In de devachanische toestand verkeert het reïncarnerende ego in de schoot van de monade (of van de monadische essentie) in een toestand van volmaakte en totale gelukzaligheid en vrede, waarin het in zijn eigen gelukzalige verbeelding alle onvervulde spirituele en intellectuele mogelijkheden van het pas geëindigde leven telkens weer terugziet en veredelt – mogelijkheden die de devachanische entiteit automatisch worden ingegeven door haar natuurlijke scheppende vermogens.

    De mens is hier niet langer een viervoudig wezen van substantie-beginselen (want de tweede dood heeft plaatsgevonden) maar is teruggebracht tot de monade met het reïncarnerende ego rustend in haar schoot, en is daarom een spirituele drie-eenheid. (Zie ook dood, reïncarnerend ego.) http://www.theosofie.net/onlineliteratuur/ow/d.html#3

  6. Bedankt voor deze aanvulling, Michel. Wat G. de Purucker hier schrijft, komt in grote lijnen wel overeen met wat Steiner over het devachan schrijft, maar om een of andere reden spreekt Steiner mij toch veel meer aan. Ik heb bij Steiner altijd het gevoel, dat het uit “de eerste hand” komt. Ik bedoel: wat hij vertelt, komt uit zijn eigen waarneming, hij praat niemand na. Daarmee brengt hij het met zo’n exactheid en logica en zulk een helderheid van denken, dat ik helemaal lyrisch ben van Steiner. Hij spreekt in zijn werk af en toe ook wel over andere helderzienden, zoals Blavatsky of Swedenborg en ook wel mystici als Eckhart en Angelus Silezius enz., maar Steiner weet het gewoon beter dan iedereen. Daar komt nog bij dat de antroposofie op zeer veel gebieden praktisch wordt toegepast, zoals geneeskunde, opvoedkunde, architectuur, sociale hervormingen, biologisch-dynamische landbouw en nog wel meer. Dat treft men bij mijn weten in geen enkele spirituele levensbeschouwing aan, tenminste niet in die mate en niet zo veelzijdig.
    Neemt niet weg, dat ik veel van zijn werk niet echt goed begrijp en veel spreekt mij ook niet aan, zoals bijv. de eurithmie en de mysteriedrama’s.

    1. Beste Ridzerd, het gaat over een essentieel verschil wat ik hoopte je duidelijk te maken. G. de Purucker heeft het over een wereld die op illusies berust, weliswaar vervuld van de meest verheven energieën in een overleden mens die op aarde niet tot uiting konden komen, maar niettemin illusies, hoe werkelijk we ze ook ervaren. Waarin het net echt is dat we onze overledenen weer ontmoeten, en dat geldt voor alle taferelen die we daar meemaken, alsof we in een film zitten, maar we ontmoeten ze niet echt, slechts in onze verheven verbeelding die echter dan echt is, veel echter dan ons fysieke bestaan hier. Als jij dus verknocht bent aan je keyboard speel je dus keyboard in Devachan net zolang tot die energie is uitgeput, en zelfs zij die christelijk zijn opgevoed zullen denkbeeldig wandelen in het Jeruzalem van goud. En iemand die nergens in gelooft, zoals een materialist – die zal helemaal niets ervaren, ook een illusie, want bewustzijn is fundamenteel, onvernietigbaar. Althans, zo heb ik het begrepen. Maar ik begrijp weinig, we zullen elkaar moeten aanvullen, vrees ik. Ik ben geen Mahatma, geen leken-leken-leken-enz-chela, maar slechts een nederige student die hier en daar een graantje van de aloude wijsheid oppikt en het wil delen.

      1. Haike

        Dat essentiële verschil kan ik niet ontdekken, bij Steiner wordt wel degelijk beschreven dat je in een illusie kan leven. Maar dat zijn wel de mensen zelf die dat doen, niet de wereld waarover ze zich voortbewegen. Die illusie kan zelfs zo sterk zijn dat er mensen rondlopen die niet eens beseffen dat ze ondertussen al zijn overleden.

        De film The sixth sense uit 1999 met Bruce Willis is daar een prachtig voorbeeld van. In het boek “De jongen die helder zag” (Uitgeverij Ankh-Hermes te Deventer ISBN 9789020256062) komen ook een paar voorbeelden hier van voor. Het boek beschrijft het verhaal aan het begin van de vorige eeuw, Engeland, Victoriaanse tijd, van een jonge jongen die al helderziende waarnemingen heeft, en contact kan maken met overledenen. Deze jongen heeft uitdrukkelijk bepaalt dat het boek pas anoniem gepubliceerd mocht worden na zijn dood.

        Om boekhandel en lezer ter wille te zijn, heeft de uitgever er voor gekozen Cyril Scott die het boek van commentaar heeft voorzien, als auteursnaam aan te houden.

      2. Beste Maike, opvallend is ook dat heel veel van dit soort waarnemingen die het Materialisme overstijgen halverwege de negentiende eeuw begonnen, een hoogtepunt bereikten rond 1880 (oprichting Theosophical Society!) en verdwenen zo rond 1920. Zeker eind 19e eeuw was het een ware hype – dansende tafels, kloppende geesten, uittredingen enz. enz.
        Ik ken een vrouw die paranormaal is en eveneens een dergelijk verhaal vertelde over iemand die niet eens in de gaten had dat hij was overleden – na een militair vliegtuigongeluk; hij was op zijn eigen begrafenis en had dat niet eens door. Deze vrouw voorspelde overigens ook het ongeluk, maar niemand nam het verder serieus. Jammer ook dat de mainstream wetenschap het nog steeds allemaal afdoet als nonsens.

        Michel

  7. Ik speel al maandenlang niet meer op mijn keyboard, maar dit terzijde, je noemt het maar als voorbeeld, dat snap ik ook wel, al heb ik geen mavo diploma 😉 Maar ik denk dat – als ik verknocht zou zijn aan mijn keyboard – dan zou ik dit nog steeds zijn in het kamaloka, maar niet meer in het devachan. Maar laat verder maar, Michel, ik heb mijn handen al vol aan Steiner, als ik nu ook nog Blavatsky en Purucker enz. ga lezen, raak ik alleen maar meer de kluts kwijt.

  8. Dit is op wijzeouders herblogden reageerde:
    Het is een troostrijke gedachte en ik las hem speciaal voor mijn moeder die vier weken terug is overgegaan. Steiner meldde namelijk dat het voorlezen van mooie teksten en het denken van mooie gedachten de overledene helpen. ❤

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s