Nu zou iemand kunnen zeggen: ‘Dat is een mooi staaltje over de sociale problemen; dat is ook wat moois! Hebben wij niet altijd verkondigd’, zou iemand kunnen zeggen, ‘dat de mensen nu eenmaal egoïstisch zijn en dat men met hun egoïsme rekening moet houden? En dan komt nu die spirituele wereldbeschouwing en zegt dat het anders zou kunnen worden.’
Nu, zeker is dat altijd verkondigd, dat dit niet anders zou kunnen en men heeft hieraan zowat zijn hart opgehaald en gezegd: ‘Hij is de ware practicus, die op het menselijke egoïsme rekent.’ Zeker, aber hier kehrt sich leider im Denken der Menschen der Spieß nicht um. (??) Want degenen die alles op de omstandigheden schuiven, die alles op de instellingen (Einrichtungen) schuiven, zouden toch op zijn minst moeten toegeven dat juist doordat de omstandigheden zo waren zoals zij die tot op heden gevormd hebben, ook deze neiging en impuls in de mensen is gekomen. Daar echter schiet het denken te kort. Want anders zouden ze moeten zeggen: Ja, er wordt onder alle omstandigheden een heel andere omgeving gecreëerd als de voorstelling ingeburgerd raakt, dat het onfatsoenlijk is alles op persoonlijk eigenbelang te bouwen.
Wordt vervolgd
Bron: GA 054 – Hamburg 2 maart 1908 (bladzijde 101-102)
Dag Ridzerd van Dijk,
Iemand richt zich tot je die Rudolf Steiner altijd al heeft “ge-kend”.
Ik wil een paar zinnen weergeven van Klawdija Nikolajewna Bugajewa, de tweede vrouw van Andrej Bugajew. Zij heeft een boekje geschreven “Wie eine russische Seele Rudolf Steiner erlebte” naar aanleiding van het bijwonen – vanuit Rusland nb in 1912, 1913 en1923 ! – in Helsingfors, Stuttgart en Berlijn van voordrachten van Steiner. Steiner was in 1923 al ziek en hij “wist”!
Zij heeft op onnavolgbaar fijnzinnige wijze en “ziende” haar ontmoetingen en gesprekken met hem geschilderd:
“Ich sehe Finsternis. In ihr zeichnen sich schwach kalte, erstarrte Formen ab. Nur an einer Stelle zittert ein kleines Flaemmchen. Noch einen Augenblick – uns er verloescht. Aber ploetzlich wird die Finsternis met Kraft aufgerissen. Das Bild des Menschen erhebt sich. Er ist ganz Licht. Er nimmt in seine Haende das, was so zaghaft flackert. Er entzuendet es an der Flamme seines Herzens und hebt es dorthin, wo alles Licht ist; er wartet, bis das kleine Feuer auflodert, und stellt es dann vorsichtig wieder hin.
Ich weiss, dass ich in den Minuten, wenn das Dunkle ganz besonders heranrueckt, dieses Bild in mir hervorrufen muss. Es hilft. Es gibt Kraft. Es ist die Kraft der Liebe. Der Doktor brachte sie uns. Er entzuendete sie in uns. Und lernen wir verstehen, die Flamme zu hueten!
Steiner heeft zelf een ontwikkeling doorgemaakt (duidelijk tevoorschijnkomend in zijn christologie).
De omstandigheden van 1908 zijn niet meer te vergelijken met die van de huidige tijd. Hij schreef feitelijk over toekomstige
Bedankt voor je reactie. Andrej Bugajew, is dat dezelfde als Andrej Belyj, die het boek Mijn jaren met Rudolf Steiner geschreven heeft? In dat boek staat namelijk dat Andrej Belyj een literair pseudoniem is van Boris Nikolajevitsj Boegajev.