Maarten ’t Hart – Pyjamadragers met linkse leuterpraatjes

Bijna alle mensen die zich hier in Nederland links noemen zijn van die typische pyjamadragers die van huis uit gewend zijn aan verwarmde huizen, badkamers, eigen slaapkamers, keukens met keukenkastjes erin. Ze weten niet wat het is om met vijf mensen op te groeien in een huis met één woonkamer en één zolder en zegge en schrijve in de keuken één waterpunt waar alleen koud water uit komt, zodat elk lid van het gezin zich ’s morgens daar wassen moet. Ze weten niet hoe het is om in een gezin van vijf mensen met tachtig gulden in de week rond te komen. En omdat ze dat allemaal niet weten, en niettemin altijd hun mond vol hebben over de ‘echte minima’, en ‘maatschappijverandering’, en ‘klassenstrijd’ en ‘have-nots’ haat en veracht en verafschuw ik hun linkse leuterpraatjes, zoals ik ook alle rechtse taal haat en verafschuw. Nooit heb ik mij ook maar in de verte verwant kunnen voelen met zulke figuren, en ik weet dan ook nooit wat ik stemmen moet. Als er gestemd moet worden, teken ik achter de laatste lijst een vierkant zwart hokje met een uitgespaard rondje erin. Achter dat hokje zet ik mijn eigen naam, en dan maak ik het rondje in het hokje rood.

 Bron: Maarten ’t Hart – Het roer kan nog zesmaal om