Wat wij nu beschouwen zal geheel buiten het kader van de antroposofische beschouwingen vallen. Het hangt er slechts indirect mee samen, het zal een zuiver filosofische beschouwing zijn. De onmiddellijke samenhang ermee is dat dikwijls beweerd wordt dat voor het forum der wetenschap de antroposofische geesteswetenschap geenszins bestaan kan, dat zij eruit zou zien als puur dilettantisme, waarmee een ernstig filosoof zich niet zou mogen inlaten. Er zal nu aangetoond worden dat het dilettantisme niet aan de kant van de antroposofie, maar aan de kant van de filosofie ligt.
De filosofie is tegenwoordig een zeer ongeschikt instrument om tot de antroposofie te komen (in het Duits staat er sich emporzuheben). Wij zullen ons vooreerst oriënteren op de filosofie. Wij zullen zien hoe de filosofie zich historisch ontwikkeld heeft. Dan zullen we dit erfelijk euvel (Erbübel) eens grondig beschouwen. We zullen zien hoe de filosofie tegenwoordig eraan lijdt dat het gehele filosofische denken zich in een spinnenweb gevangen heeft, hoe het daardoor niet in staat is zich een wijdere horizon met betrekking tot de werkelijkheid te verwerven.
Bron GA 108 – ÜBER PHILOSOPHIE, München, 20. März 1908 (bladz. 189)