Wat bedoelt men met het land der vreugde en gelukzaligheid? Het is de vreugde van de onbegrensdheid, de eeuwige activiteit, het eeuwige werken. Waarom kan alles wat ons in de aardse wereld bedrukt, ons in de bovenaardse wereld (Steiner noemt het hier Devachan, hij gebruikte echter liever het woord Geisterland of Geistenland of ook wel Gotterwelt) niet meer bedrukken?
Het Devachan is geen oord der gelukzaligheid, doordat ons genietingen ten deel vallen, zoals de mens ze in de aardse wereld verlangt en begeert, maar doordat hij vrij is van zijn lichaam, vrij is van dat wat naar zinnelijke lusten verlangt, vrij is ook van wat hem begrenst, en omdat het hem mogelijk wordt om op datgene, wat anders van buiten op hem werkt, terug te werken. Wat ons begrenst in de zintuiglijke wereld, is verwijderd, wat ons smart kan doen, is er niet meer. Want waardoor ontstaat de smart? Doordat op ons astraallichaam of op ons fysieke lichaam indrukken gemaakt worden. Deze lichamen hebben we afgelegd, als wij in de geesteswereld zijn; de aanleiding (Grund) voor de smarten en de onlustgevoelens, die wij in de fysieke wereld beleven, is weggevallen. Omdat niemand meer egoïstisch kan zijn, kan ook niemand meer egoïstische vreugden verlangen; omdat niemand meer een astraallichaam heeft, is men vrij van alles wat de eigen persoonlijkheid bedrukken kan. Daarom noemt men het Devachan het “Land der verrukking”, het “Land der gelukzaligheid”.
Bron: GA 88 – Berlijn, 25 februari 1904 (bladzijde 141)
Link naar GA 88